DEF Les 2 Vitale functies verkort G3V1ZD

      Vitale functies Les 2
1 / 52
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 52 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

      Vitale functies Les 2

Slide 1 - Slide

                        Hoe ziet deze periode eruit? 

Slide 2 - Slide

Huiswerk voor vandaag
Leren:  Traject Zorg,  Boek "Basiszorg en palliatieve zorg N3"
Module 7:
  • H.1 (par 1.3 niet)
  • H.2 t/m par 2.2.4

  • Vilans: Hartfrequentie tellen volwassene
  • Vilans: Saturatie meten
  • Vilans: Bloeddruk meten
       

Slide 3 - Slide

Vragen huiswerk
of vorige les?

Slide 4 - Slide

Toets
timer
15:00

Slide 5 - Slide

Leerdoelen vitale functies
Je weet 
  • wat het nut is van het meten van vitale functies  
  • Wat het nut is van Early Warning Score 

Je kunt uitleggen:
  •  hoe je communiceert via SBAR(R)

Laat zien
  • Het meten van Ademhaling, Bewustzijn, RR, P en sat.

Slide 6 - Slide

Vitale functies

*Bewustzijn
*Circulatie (bloedsomloop)
*Ademhaling
*Lichaamstemperatuur
* Pijn
Vitale functie meten

* Glasgow coma schaal
* RR en P
* AH
* T
* Pijnscore

Slide 7 - Slide

Saturatie (-->hoeveel rode bloedcellen 
gevuld zijn met O2= zuurstof)
  • Gezonde mensen saturatie 96- 100 %
  • COPD/ hartfalen saturatie 92-100%
  • Lager dan 95% overleg arts
  • Lager dan 90% overwegen toedienen van zuurstof. Altijd inoverleg met de arts.


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Bewustzijn meten

Slide 10 - Slide

Bewustzijn
De mate waarin iemand kan reageren op prikkels uit de omgeving is het bewustzijn.


Iemand reageert niet tot nauwelijks op prikkels? --> verminderd bewustzijn

Slide 11 - Slide

Oorzaken
- Slaap (normale situatie)
- Delier
- Epilepsie





Problemen in de hersenen
Problemen buiten de hersenen
 Herseninfarct
Zuurstoftekort
 Hersenbloeding
Overdosis medicatie
Hersenschudding/
Hersenletsel
Hyperglykemie of hypoglykemie
Koorts 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Glasgow Coma Scale/EMV

Slide 14 - Slide

Glasgow Coma Schaal
Een meetinstrument waarmee beoordeeld wordt of je in coma bent. 
(3-8 pnt-> coma)
(9-15pnt-> bij bewustzijn)

GCS meet drie factoren
  1. Reactie van ogen
  2. Reactie van motoriek
  3. Actief gebruik van taal 

Slide 15 - Slide

Opdracht:
Werk ten aanzien van de vitale functies uit:
  • Welke vitale functies er zijn
  • Zet achter elke functie hoe je deze meet
  • Waarom je de verschillende vitale functies 
  • meet en wat hierbij de     aandachtspunten  zijn
  • Wat de normaalwaarden zijn
timer
15:00

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

EWS (Early Warning Score)

De EWS= meetinstrument gezondheidssituatie gemonitord. 

Doel: snelle en effectieve zorg te leveren bij acute ziekte


  

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Casus: mw Boos --> EWS + wat ga je doen?
 Mevrouw Boos is 73 jaar. Ze is opgenomen in het ziekenhuis in verband met een femur fractuur (gebroken heup). Mevrouw is  eergisteren geopereerd. De operatie is goed gegaan en ze heeft al een klein stukje gelopen. De laatst gemeten vitale waarden waren: T: 37℃, P: 85, RR: 130/80,Sat: 98%, AH: 13 p/min Jij komt bij mevrouw Boos en je ziet dat mevrouw bleek is en ze heeft veel pijn. Je besluit de vitale waarden van mevrouw te meten. Je meet de volgende waarden: T: 37℃, P: 140, RR: 75/35, Sat: 98%, AH: 25 p/min Wat is de EWS van mevrouw Boos? (Na een uur kom je weer bij mevrouw Boos en je merkt dat ze met haar ogen dicht op bed ligt, ze lijkt niet aanspreekbaar. Je besluit de EMV-score te doen. Dit is wat je meet: - Opent de ogen op pijnprikkel - Trekt haar hand terug als je een pijnprikkel toedient-  Uit wel een geluid van pijn, maar praat niet. Wat is de EMV van mevrouw Boos?)


Slide 20 - Slide

Casus: mw Jasperse -->EWS+ wat ga je doen?
Bepaal aan de hand van onderstaande casus de EWS en EMV-score. En bedenk wat jij als verzorgende gaat doen.
Mevrouw Jaspers is 53 jaar. Ze is opgenomen in het ziekenhuis met een pneumonie. Hiervoor krijgt mevrouw antibiotica via het infuus. Mevrouw krijgt geen zuurstof. In de rapportage wordt ook niet beschreven dat mevrouw benauwd was. De laatst gemeten vitale waarden zijn: T: 38,5℃, P: 85, RR: 130/80, Sat: 98%, AH: 13 p/min
Jij komt bij mevrouw Jaspers en je ziet dat ze snel ademt, en nauwelijks reageert. Je besluit de vitale waarden Je meet de volgende waarden: T: 39,5℃, P: 120, RR: 90/55, Sat: 85%, AH: 40 p/min  Wat is de EWS score?
• Opent ogen op aanspreken - Beweegt spontaan - Praat verward over haar overleden moeder -->Wat is de EWS en EMV-score ?)



Slide 21 - Slide

Overleg met HAP
              --> SBAR(R)

Slide 22 - Slide


S = situatie
B = achtergrond
A = Beoordeling
R = Aanbeveling

(R= samenvatting/herhaling)

Slide 23 - Slide

maak tweetallen
schrijf op wat er niet goed ging

Slide 24 - Slide

Casus 1 vervolg
Na 10 minuten geeft Ans aan zich misselijk te voelen en loopt de slaapkamer van een medebewoner in. Hier raakt ze verdwaalt. Je vertrouwt het niet en wilt overleggen met een arts. Vul de SBAR in en let op wat je eigenlijk snel zou willen weten. Wat heb je hierbij nodig?

Slide 25 - Open question

Casus 1
Ans is gevallen op de badkamer en viel hierbij met haar hoofd tegen de wasbak. Er ontstaat al snel een bloeduitstorting op haar hoofd. Ans heeft pijn maar staat toch weer snel op en lijkt zichzelf te herpakken. Wat ga je doen?

Slide 26 - Open question

Zijn de lesdoelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Tot volgende week!

Slide 28 - Slide

Vitale functies kraamvrouw en pasgeborene

Slide 29 - Slide

Lichaamstemperatuur
  • Normaal: 
  • 36.0 – 37.4 ºC
  • Verhoging:
  • 37.5 – 37.9 ºC
  • Koorts: 38.0 – 40.0 ºC
  • Hyperthermie: > 40 ºC
  • Onderkoeling (hypothermie): < 35.0 ºC

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Hygiënisch werken en infectiepreventie
Belangrijke aspecten bij basiszorg kraamvrouw:

  •  hygiënisch werken -->  voorkomen van infectie
        (gevoeliger voor infecties)

kraamvrouw + partner inlichten maatregelen

Slide 32 - Slide

Controleren van de vitale functies
Temperatuur en polsslag
  • Temp + pols verhoogd bij stuwing van de borsten op dag 3 verhoogd zijn. (geen zorgen)
  • Paar dagen lichaamstemp 37,5 °C of hoger + polsslag van 80 slagen /minuut of hoger heeft, 
       --> mogelijk infectie. 
       Bij snelle temperatuurverhoging: vaak sprake van een infectie, soms               trombose.

Rectaal meten;   
Meet de eerste vijf dagen 1 keer dgs  
Na keizersnede 2 x dgs  (Na een operatie meer kans op infectie, o.a. door blaascath)
  

Slide 33 - Slide

Bloeddruk
Doordat mevrouw hypertensie had tijdens de zwangerschap en baring, wordt ook de bloeddruk dagelijks gemeten. Meestal daalt deze na de bevalling snel tot de normale waarden.

Alle gegevens van de vitale functies noteer je op de temperatuurlijst, zodat de verloskundige snel zicht heeft op afwijkende curven. Geef afwijkende metingen door.

Slide 34 - Slide

Bloeddruk
Hypertensie tijdens zwangerschap en baring? 
-->bloeddruk dagelijks meten. 


Alle gegevens vitale functies noteer je op de temperatuurlijst, zodat de verloskundige snel zicht heeft op afwijkende curven. Bel afwijkende metingen door!

Slide 35 - Slide

De 6 B's , op welke vitale functies kan het invloed hebben?
  1. Baby blues - psychisch welbevinden
  2. Borsten --> T, P, AH
  3. Baarmoeder --> T, P, AH
  4. Blaas --> T, P, AH
  5. Bloedverlies --> P, AH, RR
  6. Benen --> T, P, AH, RR

Slide 36 - Slide

Baarmoeder, bloedverlies/Lochia
  • Stand baarmoeder --> hoog restje vruchtzak?
  •  hoeveelheid, geur en kleur te observeren. 
 observatie tijdens de persoonlijke verzorging 
 (bijv verwisselen kr.verband)


controle eenmaal daags als verzorgende zelf te doen. 
Bij afwijkingen waarschuw je de verloskundige.

Slide 37 - Slide

Blaas

Observatiepunten in verband met blaasontsteking

  • Urine controleren op kleur, frequentie (vaak kleine beetjes plassen) en helderheid (urine vaak troebel).
  • Branderig gevoel tijdens urineren is normaal, pijn is afwijkend.
  • Een lichte verhoging van de lichaamstemperatuur.

Slide 38 - Slide

Benen
  • Kans op trombose groter, meestal in een 
      been- of bekkenader.

 De eerste klachten:
  • risico trombose dat bloedstolsel losraakt 
       en vast komt te zitten in de longen: --> longembolie. 

  • Belangrijk: mobiliseren, als verzorgende stimuleer je dit

Slide 39 - Slide

Observaties baby
Huid
Navel
Ontlasting
Plassen
Ademhaling
temperatuur 
gewicht


Slide 40 - Slide

Wat neem je mee uit deze les??

Slide 41 - Open question

Vragen

Slide 42 - Slide

VAARDIGHEDEN PRAKTIJK

Slide 43 - Slide

3

Slide 44 - Video

00:24
Hoe veel cm. moet de manchet boven de elleboogplooi worden aangebracht?
A
0 cm.
B
2 - 3 cm.
C
3 - 4 cm.
D
4 - 5 cm.

Slide 45 - Quiz

01:11
Wat hoor je bij de eerste harttoon?
A
De bovendruk
B
De polsdruk
C
De onderdruk
D
De hartdruk

Slide 46 - Quiz

01:43
Wat kun je zeggen over de bloeddruk van deze mevrouw?
A
Ze heeft hypertensie
B
Ze heeft een normale bloeddruk
C
Ze heeft hypotensie

Slide 47 - Quiz

Slide 48 - Video

Hoe meet je de polsslag?

Slide 49 - Slide

Opdracht 1
Je zit nu rustig op je stoel.
Meet 1 minuut lang hoeveel keer je jouw hart hoort kloppen.
Noteer dit getal op het papier.

Slide 50 - Slide

Opdracht 2
Ga staan:
Maak 30 kniebuigingen.
Meet daarna 1 minuut lang hoeveel keer je jouw hart hoort kloppen.
Noteer dit getal op het papier.

Slide 51 - Slide

Aan de slag! 
Werk in groepsverband de SBARR uit, wat hoort waar

Daarna leggen jullie de uitwerkingen van de casus op de juiste plek, bespreek dit samen en overleg! 

Ben je klaar? Oefen dan je casus in je groepje met elkaar en verdeel de rollen! 

Slide 52 - Slide