ZM4D - Periode 1 - week 6

Describe the picture.
Write down 6 sentences in your notes.
timer
3:00
1 / 24
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Describe the picture.
Write down 6 sentences in your notes.
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Impress us with your
best description:

Slide 2 - Mind map

I can describe a photo in English
0100

Slide 3 - Poll

Goals
  • I know how to find specific information ( reading)

  • I know how to describe a photo for my exam.

  • I know linking words.

Slide 4 - Slide

Exam prep

Slide 5 - Slide

Welke conclusie komt overeen met het antwoord van Ed?
A
Het heeft veel nadelen om een relatie te hebben met iemand die een hond heeft.
B
Het is uit hygiënisch oogpunt verstandiger om mensen te knuffelen dan te zoenen.
C
Hondenbezitters beseffen vaak niet dat het onprettig is om met hen te zoenen
D
Mensen die door een hond gelikt worden in hun gezicht, kunnen daar ziek van worden.

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Link

Slide 8 - Slide

Read out this paragraph in your best English.

timer
3:00

Slide 9 - Slide

Which word is missing in __2__?

Slide 10 - Slide

Kies bij __2__ het juiste antwoord
A
in despair
B
in peace and quiet
C
none the wiser
D
with a beeping noise

Slide 11 - Quiz

Goals
  • I know how to find specific information ( reading)

  • I know how to describe a photo for my exam.

  • I know linking words.

Slide 12 - Slide

Homework check

Slide 13 - Slide

Waarom schaamde Helen zich vreselijk?
Ze had niet door dat..
A
de race afgebroken was
B
haar badpak afgezakt af
C
ze een baan teveel zwom
D
ze in de verkeerde baan zwom

Slide 14 - Quiz

Homework check

Slide 15 - Slide

Wat is de bedoeling van de schrijfster?
A
Ze wil een grapje maken.
B
Ze wil een klacht uiten.
C
Ze wil reclame maken.
D
Ze wil waarschuwen.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Link

Slide 18 - Slide

Fill out the correct linking words on the handout.
timer
5:00

Slide 19 - Slide

Goals
  • I know how to find specific information ( reading)

  • I know how to prepare for my oral exam.

  • I know linking words.

Slide 20 - Slide

Write down an interview question about the topic:
'future job'

Slide 21 - Open question

Describe the photo using these phrases

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Welke signaalwoorden ken je al? Test jezelf. Schrijf de juiste vertalingen. Kies dan het juiste signaalwoord.
  1. for example  = .....................
  2. such as  = ...........................
  3. also  = ...............................
  4. however  = ......................
  5. because  = ...........................
  6. if  = ........................................
  7. unless  = ...............................
  8. first  = ...................................
  9. finally  = ...............................
  10. so  = ......................................
1) We stayed inside ................ of the storm. (because / if)   
2) I wanted to stay longer ................ I was really enjoying the party. (since / because of
3) Amanda stayed at home ................... her illness. (as / due to)
4) There was a terrible traffic jam, but ................. I got home. (finally / as)
5) Many flights are cheaper in the winter, ................. we decided to travel then. (since / so)

Slide 24 - Slide