10.3 Voeding en leefstijl

10.3 Voeding en leefstijl
Thema 10 voeding en vertering
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

10.3 Voeding en leefstijl
Thema 10 voeding en vertering

Slide 1 - Slide

Wat weten we al?

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 10.2
  • Je weet wat een voedingsmiddel is.
  • Je kent zes verschillende groepen voedingsstoffen.
  • Je kent vier verschillende functies van voedingsstoffen.
  • Je kunt de functie van voedingsvezels uitleggen.

Slide 3 - Slide

Begrippen 10.2
  • Beschermende stof
  • Bouwstof
  • Brandstof
  • Eiwitten
  • Koolhydraten
  • Mineralen
  • Reservestof

  • Vetten
  • Vitaminen
  • Voedingsmiddel
  • Voedingsstof
  • Voedingsvezel
  • Water

Slide 4 - Slide

Leerdoelen 10.3
  • Je kent de Schijf van Vijf.
  • Je kunt met behulp van de Schijf van Vijf adviezen voor een gezonde voeding en leefstijl geven.
  • Je kunt factoren noemen die van invloed zijn op gewichtstoename en gewichtsafnamen.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

De Schijf van Vijf
  • De Schijf van Vijf is van het Voedingscentrum.
  • Je kunt de Schijf van Vijf gebruiken om gevarieerd te eten.
  • Bij ieder vak staat een uitleg.
  • Eet elke dag iets uit alle vakken.
  • Door je te houden aan de Schijf van Vijf en de adviezen, leef je gezond. 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Hoeveel moet je eten en drinken?
  • De brandstoffen in je voedsel leveren energie.
  • Deze energie gebruik je bijvoorbeeld om te bewegen.
  • De energie in je voeding wordt aangegeven met kilocalorie (kcal). 
  • Dit staat vaak op de verpakking
  • Op de volgende sheet zie je welke voeding iemand van 16 jaar dagelijks ongeveer nodig heeft.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Energieverbruik
  • Hoeveel energie je nodig hebt, hangt onder andere af van hoeveel je beweegt.
  • Een sporter beweegt veel en heeft daarom veel energie nodig.
  • De hoeveelheid energie die je verbruikt noem je je energieverbruik
  • Naast de activiteit speelt ook de temperatuur van de omgeving een rol in hoeveel energie je nodig hebt.
  • Je verbrandt veel als het heel koud is of juist heel warm.
  • Daarnaast spelen ook je lengte, gewicht, leeftijd en geslacht een rol.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Overgewicht
  • Als je meer energie binnen krijgt dan je verbruikt is er sprake van overvoeding, overvoeding kan leiden tot overgewicht.
  • Dit kan leiden tot gezondheidsproblemen, zoals een grotere kans op diabetes en hart- en vaatziekten.
  • Je kunt lichter worden als je minder energie eet dan dat je verbruikt. 
  • Je lichaam gebruikt dan het opgeslagen vet als brandstof.

Slide 13 - Slide

Ondervoeding
  • Door te weinig te eten, ontstaat vermagering.
  • Dit noem je ondervoeding.
  • Je lichaam wordt dan aangetast en je kunt ernstig ziek worden.
  • Dit gebeurt bijvoorbeeld bij met anorexia nervosa.
  • Een eetstoornis kan ook zijn dat je teveel eet in plaats van te weinig.

Slide 14 - Slide

Begrippen 10.3
  • Energieverbruik
  • Ondervoeding
  • Overgewicht
  • Overvoeding
  • Schijf van Vijf
  • Vermagering

Slide 15 - Slide

Ik kan nu
  • Je kent de Schijf van Vijf.
  • Je kunt met behulp van de Schijf van Vijf adviezen voor een gezonde voeding en leefstijl geven.
  • Je kunt factoren noemen die van invloed zijn op gewichtstoename en gewichtsafnamen.

Slide 16 - Slide

Aan het werk!
Maken opdrachten 10.3: 1 t/m 7
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken test jezelf 10.3
Veel goed? -> Maken Samenhang H10

 

timer
25:00

Slide 17 - Slide