Het observeren van de hartslag is een regelmatig terugkerende taak van jou als verpleegkundige. De hartslag geeft, samen met andere lichamelijke observatiegegevens, een indruk van de algemene lichamelijke toestand van een zorgvrager.
De observatie van de hartslag kan routinematig gebeuren. Afhankelijk van de lichamelijke toestand van de zorgvrager controleer je de hartslag tweemaal of meerdere keren per dag.
Observatieplaatsen
Als het hart zich samenknijpt, wordt ineens zeventig tot honderd milliliter bloed in de slagaders gepompt. Deze slagaders zijn elastisch en zetten uit op het moment dat het bloed binnenkomt.
Zodra de druk dit toelaat, nemen de slagaders weer hun oorspronkelijke vorm aan. De bewegingen van de slagaders zijn te voelen aan bijvoorbeeld de pols en de hals. Dat zijn plekken waar de slagaders aan de oppervlakte van het lichaam lopen, over een harde onderlaag (bot).
De polsslagader (arteria radialis) is bekendste slagader die te voelen is. Daarom wordt het tellen van de hartslag vaak het 'tellen van de pols' genoemd, zelfs als dat in de hals gebeurt.