GEEN of NIET

GEEN of NIET
1 / 11
next
Slide 1: Slide
MBO

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 1 min

Items in this lesson

GEEN of NIET

Slide 1 - Slide

Ik koop ______ biertje.
A
geen
B
niet

Slide 2 - Quiz

Wil je een ijsje? - Nee, dankjewel. Ik eet _______ ijsje.
A
geen
B
niet

Slide 3 - Quiz

Wij kunnen ___ snel werken.
A
geen
B
niet

Slide 4 - Quiz

Martha komt ___ naar mijn huis. Zij komt naar jouw huis.
A
geen
B
niet

Slide 5 - Quiz

Reis jij vaak? Nee, het is vervelend dat ik kan ____ te vaak reizen.
A
geen
B
niet

Slide 6 - Quiz

Mijn vriend heeft vijf zussen, maar hij heeft _____ broers! Dat is gek!
A
geen
B
niet

Slide 7 - Quiz

Ik wil graag een beetje suiker in mijn koffie, maar ik wil ____ melk.
A
geen
B
niet

Slide 8 - Quiz

Mijn broer houdt ____ van koken.
A
geen
B
niet

Slide 9 - Quiz

Sorry, morgen moet ik naar de dokter. Daarom kan ik ____ naar een feestje komen.
A
geen
B
niet

Slide 10 - Quiz

- Wilt u een boterham met kaas of met kip?
- Ik wil graag een boterham met kaas, want ik vind kip ____ lekker
A
geen
B
niet

Slide 11 - Quiz