Plot26: Vrije ruimte - Spelling

B1d -dinsdag 1 november
We starten met lezen!
(boek of Blinkotheek)
1 / 50
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 50 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

B1d -dinsdag 1 november
We starten met lezen!
(boek of Blinkotheek)

Slide 1 - Slide

Toetsweek
  • Cijfers bekend
  • Toets mag vrijdag opnieuw gemaakt worden, hiermee vervalt eerste cijfer.
  • Vandaag of morgen aan mij doorgeven (eventueel via de mail: lat@hetnieuwelyceum.nl)
  • Je hoort nog waar en wanneer de toets gemaakt wordt.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Mentorles
Eva geeft de klassikale les.
Op vrijdagmiddag 7e uur mijn individuele gesprekken (zie Magister)

Slide 4 - Slide

Planning komende tijd
Tot aan kerstvakantie:
  • spelling
  • grammatica
  • fictie
  • toetsweek: taalverzorging (spelling en grammatica)

Slide 5 - Slide

Spelling
  • 8 lessen
  • veel zelfstandig werken
  • klaar? werken aan app werkwoordspellen

Slide 6 - Slide

Spelling - les 1
Wel of geen klinkerbotsing

1. Klassikale theorie
2. Maak opdracht 1 t/m 13 (huiswerk donderdag 3/11)
3. Werken aan app Werkwoordspellen

Slide 7 - Slide

B1d - donderdag 3 november
We starten met lezen!
(boek of Blinkotheek)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Herkansing toetsweek
Morgen in de les!
 Voor toetsstof: zie omschrijving op donderdag 13 oktober.
Extra oefenen? www.onlinenederlands.nl

Degenen die niet herkansen gaan lezen of werken aan werkwoordspelling.

Slide 10 - Slide

Check vorige les
Waarom is het reünie (met trema),
maar live-uitzending (met streepje)?

En waarom is het koloniën (1 e),
maar kopieën?

Slide 11 - Slide

Spelling - les 2
Lange en korte klanken


1. Maak opdracht 1 t/m 17 (huiswerk dinsdag 8/11)
2. Werken aan app Werkwoordspellen

Slide 12 - Slide

dinsdag 8 november
We starten met lezen!
(boek of Blinkotheek)

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Schrift mee
Voortaan iedere les meenemen voor:
  • aantekeningen
  • woordenlijst

Slide 15 - Slide

Vorige les: verkleinwoorden en meervouden
meervoud
verkleinwoord
opa
opa's
opaatje
paraplu
paraplu's
parapluutje
ski
ski's
skietje
baby
baby's
baby'tje
cowboy
cowboys
cowboytje

Slide 16 - Slide

Vorige les: bezitsaanduiding
Schrijf op de juiste manier in je schrift:
Daan_  fiets
Jelle_  fiets
Beau_ fiets
Wendy_  fiets
Wesley_  fiets
Roos_ fiets
Max_  fiets

Slide 17 - Slide

Spelling - les 3
Van meer woorden één woord maken

1. Maak opdracht 1 t/m 18 (huiswerk donderdag 10/11)
2. Werken aan app Werkwoordspellen

Let op: maak gebruik van de uitleg in de Toolbox!

Slide 18 - Slide

donderdag 10 november
We starten met lezen!
(boek of Blinkotheek)

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Dag van de Franse Taal

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Franse leenwoorden
Hoeveel Franse woorden ken jij die we in het Nederlands gebruiken? Noteer ze in je schrift.
Wie heeft de meeste?
timer
2:00

Slide 23 - Slide

Vorige les
Bespreek in tweetallen: hoe zit dit?
  • Spinnenweb en spinnewiel
  • Groentesoep en tomatensoep
  • Tarwebrood en volkorenbrood


Slide 24 - Slide

Aantekening
Tussen-n bij een samenstelling bij deze twee voorwaarden:
  • 2x zelfstandig naamwoord
  • eerste deel alleen meervoud op -en

Slide 25 - Slide

Aantekening
Tussen-n bij een samenstelling bij deze twee voorwaarden:
  • 2x zelfstandig naamwoord
  • eerste deel alleen meervoud op -en

Slide 26 - Slide

Tussen-s
Stationsstraat of stationstraat?
Check: het is stationsplein, dus ook stationsstraat.

Slide 27 - Slide

Spelling - les 4
Wel of geen -n aan het eind van een woord


1. Maak opdracht 1 t/m 10 (huiswerk vrijdag 11/11)
2. Werken aan app Werkwoordspellen

Let op: maak gebruik van de uitleg in de Toolbox!

Slide 28 - Slide

vrijdag 11 november
We starten met lezen!
(boek of Blinkotheek)

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Vorige les
1. Bijvoeglijke en stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden.

2. Wat is het verschil?
  • De banketbakkers hebben alle taartjes verkocht.
  • De banketbakkers hebben allen taartjes verkocht.

Slide 31 - Slide

Aantekening alle/allen
Samenvatting: -n als het
1. verwijst naar personen
EN
2. het woord zelfstandig is gebruikt

Slide 32 - Slide

Spelling - les 5
Wel of geen hoofdletter

1. Maak opdracht 1 t/m 9 (huiswerk dinsdag 15/11)
2. Werken aan app Werkwoordspellen

Let op: maak gebruik van de uitleg in de Toolbox!

Slide 33 - Slide

dinsdag 15 november
We starten met lezen!
(boek of Blinkotheek)

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Afronding spelling
Vorige les: hoofdletters
Vandaag: leestekens

Slide 36 - Slide

Hoofdletters
Leren!

Let op:
  • (religieuze) feesten en samenstellingen daarmee
  • namen van personen

Slide 37 - Slide

Leestekens
Leren!

Let op:
leestekens in citaten

Slide 38 - Slide

Aan de slag!
Spelling - les 6: Leestekens: maak opdracht 1 t/m 15

Klaar?
Werken aan app werkwoordspelling

Slide 39 - Slide

brugklas - vrijdag 16 december
Lezen!

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Herhaling spelling

Slide 42 - Slide

Verkleinwoorden en meervouden
meervoud
verkleinwoord
opa
opa's
opaatje
paraplu
paraplu's
parapluutje
ski
ski's
skietje
baby
baby's
baby'tje
cowboy
cowboys
cowboytje

Slide 43 - Slide

Bezitsaanduiding

Daans  fiets
Jelles fiets
Beaus fiets
Wendy's  fiets
Wesleys fiets
Roos' fiets
Max' fiets

Slide 44 - Slide

Tussen -n
Tussen-n bij een samenstelling als:
  • 2x zelfstandig naamwoord
  • eerste deel alleen meervoud op -en

Dus:
  •     Spinnenweb en spinnewiel
  •     Groentesoep en tomatensoep
  •     Tarwebrood en volkorenbrood



Slide 45 - Slide

Tussen -n
Let op uitzondering met woorden waar er maar 1 van is:
zon, maan en koningin.
-> zonnestraal, maneschijn en Koninginnedag


Slide 46 - Slide

Tussen-s
Stationsstraat of stationstraat?
Check: het is stationsplein, dus ook stationsstraat.

Slide 47 - Slide

Hoofdletters
Leren!


Slide 48 - Slide

Leestekens
Leren!

Let op:
  • leestekens in citaten
  • weglating van deel woord

Slide 49 - Slide

Leren!

Kies:
  • app werkwoordspelling
  • spellingsapp
  • www.cambiumned.nl (zie link Magister op 23/12)
  • Learnbeat: 3.1 Grammatica oefenen
  • eindopdracht 'Regels van drie'

Slide 50 - Slide