Herhaling na de vakantie 1vmbo

Plant & dier - MN - Herhaling
1 vmbo/havo
1 / 30
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Plant & dier - MN - Herhaling
1 vmbo/havo

Slide 1 - Slide

Week 12
  • Je benoemt wat een organisme is en hoe deze is opgebouwd van klein naar groot.
  • Je benoemt de 4 verschillende rijken en verklaart daarbij waarom organismen bij een bepaald rijk horen.
  • Van de plantencel en dierlijke cel kun je aangeven wat de onderdelen en hun functies zijn en je kunt van beide soorten cellen een schematische tekening maken volgens de tekenregels.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Week 13
  • Je kunt aangeven wat een orgaan is bij een plant en dier en benoemt voorbeelden. Daarnaast kun je de functie van de organen in een plant benoemen en kun je uitleggen waarvoor huidmondjes dienen.
  • Je kunt meerdere orgaanstelsels in een dier benoemen en van het verteringsstelsel kun je de stappen beschrijven.
  • Je benoemt wat de verschillen zijn tussen kruidachtige- en houtachtige planten.
  • Je benoemt de onderdelen van een bloem en hun functie en daarbij herken je of je te maken hebt met een vrouwelijk, mannelijke of tweeslachtige bloem.
  • Je kunt uitleggen hoe zaden ontstaan na bevruchting en daarbij kun je uitleggen dat bestuiving nodig is om bevruchting te laten plaatsvinden.
  • Je benoemt de kenmerken van insectenbloemen en windbloemen, daarbij kun je ook de verschillen aangeven tussen beide soorten bloemen.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Week 14
  • Je benoemt 3 redenen waarom bijen belangrijk zijn voor de mens en je kunt beschrijven hoe bijen kunnen bestuiven.
  • Je tekent een bruine boon op schematische wijze en benoemt alle onderdelen inclusief hun functies.
  • Je beschrijft het ontkiemen van een boon in 6 stappen van boon tot plant.
  • Je benoemt verschillende manieren van zaadverspreiding en geeft daarbij aan hoe de zaden daarop zijn aangepast.
  • Je kunt onderscheid maken tussen bestuiving en zaadverspreiding.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Week 15

  • Je beschrijft de verschillende stappen van de levenscyclus van een plant en kunt de overeenkomsten in de levenscyclus tussen de planten en dieren benoemen.
  • Je beschrijft het verschil tussen eenjarige-, tweejarige- en meerjarige planten.
  • Je beschrijft wat een biotoop is.
  • Je beschrijft wat abiotische en biotische factoren zijn, geeft daarbij voorbeelden en geeft aan hoe deze factoren van invloed zijn op de organismen in een bepaald gebied.
  •  Je verklaart hoe organismen zijn aangpast aan hun biotoop.
  • Je beschrijft wat isoleren is bij dieren.


Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Week 16
  • Je benoemt het proces van de evolutie en wat Charles Darwin en fossielen daarmee te maken hebben.
  • Je beschrijft waarom natuurlijke selectie een belangrijke factor is in de evolutie en hoe een nieuwe soort ontstaat.
  • Je benoemt het verschil tussen omnivoren, herbivoren en carnivoren en geeft daarbij aan welke soort kiezen deze groepen dieren hebben.
  • Je benoemt hoe de vorm van het lichaam is aangepast aan de functie.
  • Je verklaart waarom poten van een dier zijn aangepast aan de omgeving waarin een dier leeft en gebruikt hierbij de begrippen; topganger, teenganger en zoolganger.
  • Je verklaart het verschil tussen warm- en koudbloedige dieren en hun aanpassingen die hiermee gepaard gaan.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide


Quizizz!

Slide 29 - Slide

Aan de slag!
Afmaken: Week 12 t/m 16 (Zie planning)
Volgende les: 
- Determineren
- Waterdiertjes safari

Slide 30 - Slide