der die das quiz 2e klas

der die das
1 / 21
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

der die das

Slide 1 - Slide

Welk lidwoord is mannelijk?
A
der
B
die
C
das
D
die (meervoud)

Slide 2 - Quiz

Welk lidwoord is vrouwelijk?
A
der
B
die
C
das
D
die (meervoud)

Slide 3 - Quiz

Welk lidwoord is onzijdig?
A
der
B
die
C
das
D
die (meervoud)

Slide 4 - Quiz

Wat is het lidwoord van: Freundschaft
A
der
B
die
C
das

Slide 5 - Quiz

Wat is het lidwoord van Marmelade?
A
der
B
die
C
das

Slide 6 - Quiz

Wat is het lidwoord van Stier?
A
der
B
die
C
das

Slide 7 - Quiz

Wat is het Duitse lidwoord als:

het lidwoord in het Nederlands "het" is?
A
der
B
die
C
das

Slide 8 - Quiz

Wat is het lidwoord van VATER?
A
der
B
die
C
das

Slide 9 - Quiz

Wat is het lidwoord van Mädchen?
A
der
B
die
C
das

Slide 10 - Quiz

Welk lidwoord?
Lehrer
A
der
B
die
C
das

Slide 11 - Quiz

Wat is het Duitse lidwoord bij:

_____ Mannschaft
A
der
B
die
C
das

Slide 12 - Quiz

Wat is het Duitse lidwoord bij:

_____ Schwester
A
der
B
die
C
das

Slide 13 - Quiz

Wat is het lidwoord van Fertigkeit
A
der
B
die - vrouwelijk
C
das
D
die - meervoud

Slide 14 - Quiz

Vul het juiste lidwoord in:
... Schule
A
der
B
die - vrouwelijk
C
das
D
die - meervoud

Slide 15 - Quiz

Artikel (lidwoorden):
Kind
A
der
B
die
C
das
D
die (meervoud)

Slide 16 - Quiz


Eltern (=ouders)
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 17 - Quiz

Wat is het lidwoord van:
Einsamkeit
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 18 - Quiz

timer
1:00
die
der
das
Mann
Frau
Kind
Junge
Schule
Mädchen

Haus
Lehrer

Lehrerin

Slide 19 - Drag question

Ik kan de regels voor
der-die-das nu goed toepassen
Ja
Beetje
Nee

Slide 20 - Poll

welk lidwoord is vrouwelijk
A
der
B
die
C
das

Slide 21 - Quiz