Les 1 zinnen

Zinnen maken
Hoe maak je een goede zin?
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NT2Speciaal OnderwijsLeerroute 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Zinnen maken
Hoe maak je een goede zin?

Slide 1 - Slide

Wat is een goede zin? 
1. Wie?
2. Werkwoord.  

Slide 2 - Slide

Wat is een goede zin? 
Ahmed
Ik
De kat
De klok
1. Wie?  
2. Werkwoord. 
loopt.
zie.
eet.
hangt.

Slide 3 - Slide

1. Wie?

2. Werkwoord. 
De man
De buurman
Ahmed
Ik
loop/ loopt
zit
pak/ pakt
maak/ maakt

Slide 4 - Drag question

Wat is een goede zin? 
      De man                        pakt                        de koek.
1. Wie?  
2. Werkwoord.  
3. wat. 

Slide 5 - Slide

mijn broer - deze jongen - is

(Denk aan de hoofdletter en de punt.)

Slide 6 - Open question

eet - mijn hond - bloemen

Slide 7 - Open question

de soep - op 100 °C. - kookt

Slide 8 - Open question

loopt - de man - naar school

Slide 9 - Open question

wijst - naar het raam - Mevrouw Deckers

Slide 10 - Open question

Wat is goed?

A
De jongen werkt bij Albert Heijn
B
Albert Heijn werkt de jongen
C
De jongen werken Albert Heijn

Slide 11 - Quiz

Wat is goed?

A
Ga naar school ik
B
Naar school ik ga
C
Ik ga naar school

Slide 12 - Quiz

Wat is goed?

A
De vrouw brood bakt
B
De vrouw bakt brood
C
Brood bakt de vrouw

Slide 13 - Quiz

Ik..............(gaan) nu naar ............

Slide 14 - Open question

Mijn broer..........(wonen) in .........

Slide 15 - Open question

De leerlingen........... (praten) .........

Slide 16 - Open question