GL3 Taalverzorging H2, H3 en H4 herhaling

H2, H3 en H4 Taalverzorging
Herhaling
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

H2, H3 en H4 Taalverzorging
Herhaling

Slide 1 - Slide

H2 samengestelde zinnen

Slide 2 - Slide

Bij samengestelde zinnen
A
heb je een persoonsvorm
B
heb je geen persoonsvorm
C
heb je twee persoonsvormen
D
heb je soms een en soms twee persoonsvormen

Slide 3 - Quiz

Herken de
samengestelde zinnen.
A
Ron leest een boek en Lisa leest een krant.
B
Nadat ik veel ijs at, werd ik misselijk.
C
Je denkt steeds dat Sneep Harry dwarszit.
D
Zeist is een plaats die Harry goed kent.

Slide 4 - Quiz

Herken de
samengestelde zinnen.
A
Ik vind het fijn dat het mooi weer is.
B
De kinderen houden niet erg van skaten.
C
Een lange zin is niet altijd samengesteld.
D
Als je de stof herhaalt, onthoud je meer.

Slide 5 - Quiz

Wat zijn voorbeelden van voegwoorden?
A
ook, verder, daarnaast
B
hij, het, wij
C
de, het, een
D
en, omdat, want

Slide 6 - Quiz

Wat is het voegwoord?

Wil je een appel of wil je een peer?
A
een
B
wil
C
of
D
je

Slide 7 - Quiz

H3 Taalverzorging
Woordsoorten

Slide 8 - Slide

Welk woord hoort niet in het rijtje als je kijkt naar de woordsoort?

boos - boven - na - voorbij

Slide 9 - Open question

Het woord "een" noemen we een....
A
Lidwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 10 - Quiz

welk woordsoort is 'zwemmen'?
A
Werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Lidwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 11 - Quiz

Waar zegt het bijvoeglijk naamwoord iets over?
A
Zelfstandig naamwoord
B
Bijwoord
C
Werkwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 12 - Quiz

SLEEP DE WOORDSOORTEN NAAR DE GOEDE PLEK
De ouders van Bilal zijn erg aardige en behulpzame mensen.
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
werkwoord
lidwoord
ouders
de
aardige
mensen
Bilal
zijn
behulpzame

Slide 13 - Drag question

H3 Taalverzorging
Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Slide 14 - Slide

Karan heeft goed ................... (leren) voor de toets Nederlands. De ...... toets.

Slide 15 - Open question

Na een lange schooldag zijn we op de bank ............. (neerploffen)

Slide 16 - Open question

Vul de juiste vorm van het werkwoord in: pv (tt) of vd.

Mijn buurman .......... (zijn) met de nieuwe auto tegen een paaltje......... (botsen).

Slide 17 - Open question

De foto is gemaakt. De .... (maken) foto.

Slide 18 - Open question

H4 Taalverzorging
Verwijswoorden

Slide 19 - Slide

Verwijswoorden...
A
geven een verband aan in de tekst.
B
geven een eigenschap aan.
C
geven aan dat iets van iemand is.
D
verwijzen naar iets in de tekst.

Slide 20 - Quiz

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Het drumstel is van Davids vader, 

maar ________ gebruikt ________ niet meer.
deze
die
dit
dat
hij
zij
het
ze

Slide 21 - Drag question

H4 Taalverzorging
Meervoud

Slide 22 - Slide

Meervoud van:
ree
A
reën
B
reeën
C
ree-en
D
reeen

Slide 23 - Quiz

Meervoud van:
knie
A
knieeën
B
knieen
C
knieën
D
kniën

Slide 24 - Quiz

Meervoud van:
piano
A
pianoos
B
pianos
C
piano's
D
pianös

Slide 25 - Quiz

Meervoud van:
bacterie
A
bacteries
B
bacterieën
C
bacterien
D
bacteriën

Slide 26 - Quiz

Meervouden van:
museum

Slide 27 - Open question

Kijk in Magister voor de toetsdatum!

Slide 28 - Slide

Telefoons gaan nu in de telefoontas.

Slide 29 - Slide