What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
vnw en vd en ovd
vragen huiswerk?
oefenen vnw
uitleg spelling: voltooid en onvoltooid deelwoord
huiswerk maandag 7 feb
1 / 31
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
31 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
vragen huiswerk?
oefenen vnw
uitleg spelling: voltooid en onvoltooid deelwoord
huiswerk maandag 7 feb
Slide 1 - Slide
Hoofdstuk 3
- Woordenschat: woorden + zoek een voorbeeld
- Grammatica zinsdelen: werkwoordelijk gezegde
- Grammatica woordsoorten: zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord
- Spelling: meervouden op -en
- Spelling werkwoorden: de verleden tijd van sterke werkwoorden
Hoofdstuk 4
- Woordenschat: woorden + zoek een tegenstelling
- Grammatica zinsdelen: lijdend voorwerp
- Grammatica woordsoorten: aanwijzend en vragen voornaamwoord
- Spelling: meervouden op -s (alleen opdracht 6)
- Spelling werkwoorden: voltooid en onvoltooid deelwoord
11 februari: toets
Slide 2 - Slide
Wat is het zww?
Je moet echt een keer naar dat feest komen!
A
komen
B
moet
C
naar
D
je
Slide 3 - Quiz
Wat is het zww?
Ik wil ooit een keer parachutesprinten!
A
ooit
B
wil
C
keer
D
parachutespringen
Slide 4 - Quiz
Wat is het hww?
Ik wil ooit een keer parachutesprinten!
A
ooit
B
wil
C
keer
D
parachutespringen
Slide 5 - Quiz
Waar of niet waar?
Een zelfstandig werkwoord heeft altijd een hulpwerkwoord nodig.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Aanwijzende voornaamwoorden (aanw.vnw)
Wijst een mens, dier of ding aan!
kan voor een zn staan
kan alleen staan
deze
die
dat
dit
zulk(e)
zo'n
dergelijk(e)
zelf
hetzelfde
dezelfde
Slide 8 - Slide
Vragende voornaamwoorden (vr.vnw)
wie
wat
welk(e)
wat voor (een)
! Meestal aan het begin van een vraag !
! Soms aan het begin van een zin die gemaakt is van een vraag !
Begin van een vraag: '
Wie
van jullie haalt de boeken?'
Aan het begin van een zin die gemaakt is van een vraag: 'Zij vroeg
wie
van jullie de boeken straks pakt.'
Wie
en
wat
zijn
geen
vragend voornaamwoord als ze terugverwijzen naar een eerder genoemd woord.
Woorden als
waar, waarheen, wanneer
en
hoe
zijn
geen
vragende voornaamwoorden.
Slide 9 - Slide
Wat is het vr.vnw?
Weet je al welk boek je gaat lezen?
A
weet
B
je
C
welk
D
al
Slide 10 - Quiz
Wat is het aanw.vnw?
Ik weet niet of ik dit boek leuk vind.
A
weet
B
niet
C
vind
D
dit
Slide 11 - Quiz
Wat is het aanw.vnw?
Lees je nou alweer hetzelfde boek?
A
lees
B
nou
C
hetzelfde
D
alweer
Slide 12 - Quiz
Snap je wat een aanwijzend en vragend voornaamwoord is?
A
ja
B
nog niet
Slide 13 - Quiz
Werkwoordspelling
voltooid + onvoltooid deelwoord
Slide 14 - Slide
Waarom doen we dit?
Om een werkwoord goed te kunnen spellen, moet je het verschil tussen een persoonsvorm en een voltooid deelwoord kennen.
Hij
vertel
t
een verhaal
Hij
heeft
een verhaal
vertel
d
Slide 15 - Slide
Doelen
Je weet wat een
voltooid deelwoord
is.
Je weet wat een
onvoltooid deelwoord
is.
Je kent het verschil tussen
sterke en zwakke werkwoorden.
Je weet
hoe
je een voltooid deelwoord schrijft.
Slide 16 - Slide
Voltooid of onvoltooid deelwoord
Voltooid
deelwoord: het is al gebeurd -> De deur
is
geverfd
.
Onvoltooid
deelwoord: het is nog bezig -> Marie reist
zeilend
de wereld over
Slide 17 - Slide
Voltooid deelwoord (vd)
Welke werkwoorden staan in een zin met een voltooid deelwoord?
hebben, zijn of worden
Hoort bij het gezegde.
Kan nooit het enige werkwoord in de zin zijn.
Begint meestal met ge-
Kan ook beginnen met be-, ver-, ont-, her-
Slide 18 - Slide
Vd bij sterke werkwoorden
Het voltooid deelwoord van vrijwel alle sterke werkwoorden eindigt op -en.
Ik
heb
heerlijk
geslapen
.
De
trein
is weer te laat
aangekomen
.
Bij het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden schrijf je wat je hoort.
Slide 19 - Slide
Vd bij zwakke werkwoorden
Het voltooid deelwoord bij zwakke werkwoorden:
ge + ik-vorm + t: gefietst, gemaakt, gedanst
ge + ik-vorm + d: gebeld, gehoord, gekneusd
Hoe weet je nou of het een d of een t moet zijn?
Gebruik 't ex-fokschaap
Of, nog makkelijker:
Maak het woord langer!
Slide 20 - Slide
Vd bij sterke werkwoorden
Om te weten of het voltooid deelwoord op -d of -t eindigt,
maak je het woord in de verleden tijd langer:
spelen - speel
de
- gespeel
d
maken - maak
te
- gemaak
t
spellen - spel
de
- gespel
d
Slide 21 - Slide
Onvoltooid deelwoord (od)
Het
onvoltooid deelwoord
geeft aan dat een handeling
nog niet voltooid
is, het is
nog bezig
.
Je schrijft ALTIJD en d achter het hele werkwoord.
Lachend
loopt hij de school binnen
Fietsend
belde Eva naar huis.
Slide 22 - Slide
Even oefenen
Slide 23 - Slide
Wat is het voltooid deelwoord?
(sturen) Ik heb gisteren een bestand naar mijn leraar ...
A
gestuurt
B
gestuurd
Slide 24 - Quiz
Wat is het onvoltooid deelwoord?
(huilen) .... liep Jos naar huis.
A
huilen
B
huilent
C
huilend
D
gehuild
Slide 25 - Quiz
Noteer het voltooid deelwoord:
Weet jij wat daar is (gebeuren)?
Slide 26 - Open question
Noteer het voltooid deelwoord:
Ik heb de hele avond (dansen)
Slide 27 - Open question
Noteer het voltooid deelwoord:
De appel wordt in stukjes (snijden)
Slide 28 - Open question
Noteer het voltooid deelwoord:
Onze parkiet is (wegvliegen)
Slide 29 - Open question
Ik snap het voltooid en onvoltooid deelwoord.
A
ja
B
nog niet
Slide 30 - Quiz
Maandag 7 februari
Spelling: meervoud op -s (blz. 131) ALLEEN opdr. 6
Voltooid en onvoltooid deelwoord (blz.132 en 133)
O
pdr. 1, 2, 3 en 4 (vwo _5)
Slide 31 - Slide
More lessons like this
vnw en meervoud op -s
January 2021
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
vnw en meervoud op -s
February 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
voltooid onvoltooid deelwoord
February 2021
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
voltooid onvoltooid deelwoord
January 2022
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
HV1-herhaling alles (les 1, 3 en 4)
December 2020
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1-3
A1D - 17 mei 2022
October 2023
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
week 15 les 3 - Voltooid en onvoltooid deelwoord en deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
February 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
lv en voornaamwoorden
January 2021
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1