Het voltooid en onvoltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord staat meestal achterin de zin. Een voltooid deelwoord begint meestal met ge-, maar ook vaak met be-, ver- of ont-.
Het onvoltooid deelwoord ziet er zo uit: het hele werkwoord +d (e).
Je gebruikt het onvoltooid deelwoord om aan te geven dat je iets aan het doen bent, terwijl je ook iets anders aan het doen bent.