3.2 Periodiek systeem

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Periodiek systeem

2 februari 2021

Scheikunde VWO 3

Goedemorgen!

• Terugkoppeling 3.1
• Instructie 3.2
• Aan de slag

Korte samenvatting

• atoomnummer = aantal protonen (= aantal elektronen)

• massagetal = aantal protonen + aantal neutronen

• aantal neutronen = massagetal - atoomnummer

Isotopen

Wat is het verschil tussen het atoommodel volgens Rutherford en het atoommodel volgens Bohr?

1. Volgens Rutherford zitten protonen in een wolk om de kern heen. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in schillen.
2. Volgens Rutherford zitten neutronen in een wolk om de kern heen. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in schillen.
3. Volgens Rutherford zijn elektronen georganiseerd in schillen om de kern. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in een wolk.
4. Volgens Rutherford zijn elektronen georganiseerd in een wolk om de kern. Bohr zegt dat ze georganiseerd zijn in schillen.

Wat is een isotoop?

1. zelfde atoom, andere massa
2. ander atoom, zelfde massa
3. zelfde atoom, ander atoomnummer
4. ander atoom, zelfde atoomnummer

Het atoomnummer is het zelfde als...

1. Aantal elektronen
2. Aantal neutronen
3. Aantal protonen
4. Aantal neutronen + protonen

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 23. Hoeveel neutronen heeft natrium?

1. 11
2. 12
3. 23
4. 34

Geef het atoomnummer en het massagetal van dit atoom.

Wat zijn de verschillen tussen Pb met massagetal 206 en Pb met massagetal 208?

1. Verschillend aantal protonen
2. verschillend aantal neutronen
3. verschillend aantal elektronen
4. Er zijn geen verschillen

Wat zijn de overeenkomsten tussen Pb met massagetal 206 en Pb met massagetal 208?

1. Hetzelfde aantal protonen
2. Hetzelfde aantal neutronen
3. Hetzelfde aantal elektronen
4. Er zijn geen overeenkomsten

Vragen?

Periodiek systeem

Aan het einde van de les kun je uitleggen wat

•     het periodiek systeem is
•     welke groepen er in het periodiek systeem zitten
• Groep 1, 2, 17 en 18 in bijzonder
  
•     welke eigenschappen verschillende groepen hebben

3.2 Mendelejev

• Einde 19e eeuw: 63 elementen bekend, maar                                                            geen samenhang.
• Dimitri Mendelejev rangschikte in 1869 de                                                elementen naar atoommassa.
• Door Rutherfords ontdekking van protonen kon                                                        de huidige rangschikking naar atoomnummer                                             gemaakt worden.

Het periodiek systeem

Indeling Periodiek Systeem

Grofweg kun je de atoomsoorten

in metalen en niet-metalen.

     Metalen

    Metalen geleiden stroom en warmte,
    en hebben een metaalglans.

Niet-metalen

• Vaak gasvorming
• Lage kook- of smeltpunten

Indeling Periodiek Systeem

• Een kolom wordt een groep genoemd.
• De rijen heten een periode
• Groepen - verticaal
• Periodes - horizontaal
  

Periodiek systeem

• Atoomnummer neemt met 1 toe van links naar rechts
  
• Elk element in een groep hebben overeenkomstige chemische eigenschappen

Groepsnamen

• Groep 1
  
• Alkalimetalen
• Deze metalen reageren heftig met water (explosief)
  
• Reageren ook heftig met halogenen (groep 17)
  

Groepsnamen

• Groep 2
  
• Aardalkalimetalen 
• Reageren met water en ook met zuurstof

Groepsnamen

• Groep 17
• Halogenen
• Reageren heftig met metalen (groep 1)
  
• Groep 18
• Edelgassen
  
• Reageren niet met andere stoffen
• --> Daarom worden ze 'edel' genoemd
  

Reactiviteit

• Edelgas reageert niet. De elektronenverdeling van een edelgas heeft daarom een naam
  
• Edelgasconfiguratie
• Andere atomen ‘streven” ook naar deze verdeling door bijvoorbeeld met elkaar te reageren.
  

Chloor en broom hebben gelijksoortige eigenschappen

1. nee
2. ja
3. weet ik niet
4. 17

Kalium is een alkalimetaal

1. juist
2. onjuist

natrium en lithium reageren heel sterk met water

1. juist
2. onjuist

Welke bewering is juist?


(30 s)

1. Halogenen zijn niet reactief
2. Edelgassen reageren makkelijk met andere atoomsoorten
3. Alkalimetalen en aardalkalimetalen kunnen met water reageren
4. Metalen reageren altijd goed met elkaar.

Huiswerk voor de volgende les

1. Lees 3.2 en maak de opdrachten 9 t/m 15
2. Nu mee bezig
3. Je mag de Meet uit
4. Om 11.05 terug om vragen te beantwoorden