This lesson contains 18 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 90 min
Items in this lesson
CH les 6
Slide 1 - Slide
3 leerdoelen
1. Je kunt uitleggen hoe je omgaat met klachten.
2. Je kunt uitleggen hoe je grensoverschrijdend gedrag herkent en hoe je daarop kunt reageren.
3. Je kunt vertellen hoe je jouw eigen grenzen kunt aangeven.
Slide 2 - Slide
Klacht
Slide 3 - Mind map
Omgaan met klachten 3.6
Klachten als signaal
klachten ontvangen
klachten afhandelen
Slide 4 - Slide
STOP methode
S = stoom afblazen
T = tot de orde roepen
O = opnieuw beginnen
P = passen/stoppen
Slide 5 - Slide
Officiële klacht
Via de klachtenprocedure
Slide 6 - Slide
Maak opdracht 1 t/m 7
Slide 7 - Slide
Grensoverschrijdend gedrag 4.5
Slide 8 - Slide
Soorten grensoverschrijdend gedrag
agressie
intimidatie
discriminatie
pesten
roddelen
seksueel grensoverschrijdend gedrag
Slide 9 - Slide
Vlaggensysteem
Groene vlag: dit betekent dat het gedrag helemaal goed is. Het is normaal, niemand doet iets tegen zijn zin.
Gele vlag: dit zegt dat je even moeten opletten. Het gedrag is misschien wel een beetje vreemd of ongepast. Het is een moment om na te denken of je iets moet zeggen of doen.
Rode vlag: dit is een waarschuwing dat het gedrag niet goed is. Het kan iemand kwetsen of is helemaal niet passend in de situatie. Hier moet iets aan gebeuren.
Zwarte vlag: dit is het meest ernstige signaal. Het gedrag is heel verkeerd. Het kan zelfs tegen de wet zijn en moet meteen gestopt worden. Je zoekt hulp van anderen om dit op te lossen.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Vertrouwenspersoon
Slide 12 - Slide
LET OP!
Het is nooit jouw schuld als de ander grensoverschrijdend gedrag vertoont.
Vraag hulp aan collega's, leidinggevende of vertrouwenspersoon
Slide 13 - Slide
Maak opdracht 1 t/m 9
Slide 14 - Slide
Je eigen grenzen aangeven 4.6
Grenzen aangeven =
duidelijk aangeven aan anderen wat je wel en niet oké vindt.