Woordvolgorde en werkwoorden

Woordvolgorde en werkwoorden
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Woordvolgorde en werkwoorden

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les kun je een werkwoord zien in een zin

Slide 2 - Slide

Planning
Samen werkwoorden oefenen

Slide 3 - Slide

Wat is een werkwoord?
  • Een doe woord
  • Ik eet een broodje. - Ik loop naar school.
  • Je doet iets

Slide 4 - Slide

Welk woord is een werkwoord?
  1. Er zijn veel apen in de dierentuin.
  2. Wij wassen de auto in de wasstraat.
  3. Zij bakken een taart vanavond.
Stil nadenken!

Slide 5 - Slide

De antwoorden
  1. Er zijn veel apen in de dierentuin.
  2. Wij wassen de auto in de wasstraat.
  3. Zij bakken een taart vanavond.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Link

LAPTOP!
Inloggen op DISK
Iedereen kan in DISK komen!

Slide 9 - Slide

Ik ben - jij ... - hij .... - zij
Samen oefenen met werkwoorden!

Slide 10 - Slide

REGELS!
VRIJDAG ALLE STOELEN OP TAFEL!
LAPTOP NEEM JE MEE NAAR HUIS OF IN JOUW KLUIS.

Slide 11 - Slide

HUISWERK VOOR MORGEN!
WERKBLAD IS MORGEN HELEMAAL AF
MOEILIJK? MORGEN KUN JE VRAGEN STELLEN
NIET AF? EXTRA OPDRACHT!

Slide 12 - Slide