Grammatica les 1 hoofdstuk 1 pv, o, gez.

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Welkom!

Socialiseren

Je neemt plaats

Pak je laptop, schrift en pen

Pak je leesboek

Lesopbouw

Lezen in je eigen leesboek 8 min.

Uitleg 8 min.

Zelfstandige verwerking 25 min.

Evaluatie 8 min.

Lezen

Je gaat stil in je eigen boek lezen.

LESDOEL

• Je leert de persoonsvorm vinden in een korte zin (PV).
• Je leert het onderwerp vinden in een korte zin (o).
• Je leert het gezegde (werkwoordelijk) te vinden in een korte zin (gez.).

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?

1. Door de zin vragend te maken.
2. Door alle werkwoorden in de zin te zoeken.
3. Door de zin in een andere tijd te zetten
4. Door wie of wat + het onderwerp.

Hoe vind je het onderwerp in een zin?

1. Wie of Wat + gezegde
2. Wie of Wat + persoonsvorm

En als laatste: Hoe vind je het gezegde in een zin?

1. Wie of Wat + persoonsvorm
2. Wie of wat + persoonsvorm + onderwerp
3. Alle werkwoorden in een zin.
4. Geen van deze antwoorden.

Samen doen

Persoonsvorm (PV)

Waar ben jij vanavond geweest?

PV - Tijdproef want de zin is al vragend. "Waar was jij vanavond geweest?" Het woord "ben" veranderd, dus "ben" is  persoonsvorm (pv)

Tekst

Onderwerp (O)

Waar ben jij vanavond geweest?

Wie of Wat plus pv.

Wie is? -->  Jij. 

Jij is in deze zin onderwerp (o)

Nu het gezegde:

Waar ben jij vanavond geweest?

Het enige werkwoord in deze zin is "ben". 

Ik ben, jij bent, hij is, zij zijn, jullie zijn, wij zijn. 

Het werkwoordelijk gezegde is dus "ben". 

Zelfstandige verwerking

Jullie gaan nu zelfstandig aan het werk in online Nieuw Nederlands, hoofdstuk 1 Taalverzorging, grammatica (paars)

Evaluatie