Aandoeningen aan de luchtwegen

1 / 16
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doelstelling
Aan het einde van deze les kan de student:
Vertellen uit welke organen het ademstelsel bestaat
Twee aandoeningen van het ademhalingsstelsel aangeven en benoemen wat de verschijnselen zijn.

Slide 2 - Slide

Wat weet je van het ademhalingsstelsel?

Slide 3 - Mind map

Om te leven heb je zuurstof nodig.
Welke antwoord is juist?
A
Zuurstof adem je uit.
B
de ademhaling wordt door je hart geregeld.
C
Koolzuur uit je lichaam adem je in.
D
Zuurstof wordt in de longen aan het bloed afgegeven.

Slide 4 - Quiz

Welke organen behoren tot de luchtwegen?
A
De neus en mondholte, de keelholte.
B
De slokdarm en de luchtpijp
C
De mondholte en de slokdarm
D
het strottenhoofd, de luchtpijp en de longen

Slide 5 - Quiz

Wat is het gewicht van de longen:
A
Drie kilo
B
500 gram
C
Eén kilo.
D
50 kilo

Slide 6 - Quiz

Wat vindt er in de longblaasjes plaats?

Slide 7 - Open question

Welke zijn de twee fasen van de ademhaling?

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Video

Voor welke stoffen kan een cliënt met astma overgevoelig zijn?

Slide 10 - Mind map

Slide 11 - Video

Wat zijn de ziekteverschijnselen bij COPD?

Slide 12 - Mind map

Wat is het verschil qua leeftijd tussen astma en COPD?
A
COPD: alle leeftijden Astma: alle leeftijden
B
COPD: vanaf 10 jaar Astma: vanaf 30 jaar
C
COPD: meestal ouder dan 40 jaar. Astma: alle leeftijden
D
COPD: meestal ouder dan 40 jaar. Astma: vanaf 30 jaar.

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Video

Wat is belangrijk bij het verzorgen van een cliënt met ademhalingsproblemen?

Slide 15 - Mind map

Vragen 
Zijn er vragen?

Slide 16 - Slide