Hfd 2.3 LEZEN bk lj2 les 3

Hfd 2.3 LEZEN bk lj2 les 3
op tafel: boek - laptop - pen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsBeroepsopleiding

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hfd 2.3 LEZEN bk lj2 les 3
op tafel: boek - laptop - pen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhaling
  • Nakijken
  • Instructie
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

welke manieren van lezen weet je nog?

Slide 4 - Mind map

Welke signaalwoorden voor een opsomming weet je nog?

Slide 5 - Open question

Teksten hebben ALTIJD een inleiding, kern en slot
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Wie weet wat een tegenstelling is?

Slide 7 - Open question

Signaalwoorden van tegenstelling zijn bijvoorbeeld:

  • maar
  • echter
  • toch
  • daar staat tegenover
  • dat
  • hoewel
  • daarentegen
  • dat ligt heel anders
  • tenzij



Slide 8 - Slide

opdracht
1. Mijn vader houdt niet van winkelen, maar mijn moeder vindt het heel erg leuk.


2. Mijn oom is heel erg avontuurlijk. Mijn tante daarentegen is helemaal niet avontuurlijk en wil niet graag nieuwe dingen beleven.





Slide 9 - Slide

uitleg
1. In dit voorbeeld weet je dankzij het signaalwoord maar dat er een tegenstelling in deze zin staat. De tegenstelling (leuk - niet leuk) wordt binnen één zin genoemd.
3. In dit voorbeeld weet je dankzij het signaalwoord daarentegen dat er een tegenstelling in deze zinnen staat. Avontuurlijk zijn is het tegenovergestelde van niet avontuurlijk zijn. De tegenstelling wordt binnen meerdere zinnen genoemd.

Slide 10 - Slide

Signaalwoorden van een toelichting of voorbeeld zijn
  • zo
  • bijvoorbeeld
  • onder andere
  • zoals
  • dat wil zeggen
  • je moet daarbij denken aan
  • met andere woorden



Slide 11 - Slide

opdracht
1. Ik zou graag een tweede taal leren, zoals Spaans.


2. De sportdag was goed georganiseerd. Zo werd er genoeg water uitgedeeld en we hadden genoeg rustmomenten.
 




Slide 12 - Slide

uitleg
 1. In dit voorbeeld weet je dankzij het signaalwoord zoals dat er een voorbeeld in deze zin staat. De taal Spaans is een voorbeeld van het leren van een tweede taal. De uitspraak en het voorbeeld worden binnen één zin genoemd.
2. In dit voorbeeld weet je dankzij het signaalwoord zo dat er een toelichting in deze zinnen staat. De eerste zin is een uitspraak en daarna wordt deze uitspraak verder toegelicht. De tweede zin is dus een toelichting op de eerste zin. De uitspraak en de vergelijking worden binnen meerdere zinnen genoemd. 

Slide 13 - Slide

zelfstandig werken
Bladzijde 101, 102 en 103 - maken opdracht 10, 11 en 12
timer
7:00

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video