Reken- en wiskundetaal - Hoofdstuk 5

Hoofdstuk 5
Meetkunde 2 
1 / 11
next
Slide 1: Slide
ISKPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Hoofdstuk 5
Meetkunde 2 

Slide 1 - Slide

5.1 Rekenen met tijd
TIJD
METEN
GROOTHEID/GROOTHEDEN
EENHEID/EENHEDEN
MEETINSTRUMENT

Slide 2 - Slide

Grootheid

Slide 3 - Slide

Meten
Een GROOTHEID kun je METEN, zoals
Tijd 
Lengte 
Gewicht 
Oppervlakte 
Omtrek 
Inhoud 
Temperatuur

Slide 4 - Slide

Meetinstrument
Een grootheid kan gemeten worden met een meetinstrument. 

Tijd: klok
Lengte: liniaal
Gewicht: weegschaal




Slide 5 - Slide

Eenheid 
Een grootheid meet je met een meetinstrument en druk je uit in een eenheid. 
De eenheden van tijd zijn bijvoorbeeld:
seconde - minuut - kwartier - uur - dag - etmaal - weekend - week - maand - kwartaal - jaar - decennium - eeuw - millenium

Slide 6 - Slide

5.2 Rekenen met lengte 
  • Lengte kun je meten met veel meetinstrumenten
  • Er zijn veel eenheden van lengte
  • Eenheden van lengte worden vaak afgekort. 


Slide 7 - Slide

Woorden 5.2
lengte - breedte - hoogte

diepte

afstand

Slide 8 - Slide

5.3 Rekenen met gewicht
Gewicht weeg (meet) je met een weegschaal.


ZWAAR: Iets weegt heel veel.

LICHT: Iets weegt heel weinig. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video