Dinsdag 13 december bron H

Bonjour tout le monde!
  • Jassen uit
  • mobieltje in je tas
  • Chromebook en boek op tafel
  • INLOGGEN in Lessonup :-) 
  • Als de timer is afgelopen begint de les.
timer
3:00
1 / 22
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Bonjour tout le monde!
  • Jassen uit
  • mobieltje in je tas
  • Chromebook en boek op tafel
  • INLOGGEN in Lessonup :-) 
  • Als de timer is afgelopen begint de les.
timer
3:00

Slide 1 - Slide

leerdoel
Je weet hoe je een regelmatig werkwoord vervoegt.
Je kunt een onderwerp vervangen door een persoonlijk voornaamwoord.

Slide 2 - Slide

Regelmatige werkwoorden

Slide 3 - Slide

Wat is een regelmatig werkwoord?

Slide 4 - Mind map

Dit onderwerp betreft herhaling uit de brugklas. Weet je hier nog iets van?

Slide 5 - Open question

Regelmatige werkwoorden
werkwoorden op -er
werkwoorden op -re
werkwoorden op -ir

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

De stam van een werkwoord...
maak je door de laatste twee letters van het hele werkwoord eraf te halen.
chanter => chant
vendre => vend
finir => fin

Slide 9 - Slide

Bron H
regelmatige werkwoorden die op ER eindigen

Slide 10 - Slide

RTTI

Slide 11 - Slide

je
tu
il/elle/on

nous
vous
ils/elles
stam + e
stam + es
stam + e

stam +ons
stam + ez
stam +ent

Slide 12 - Slide

Mon père s'appelle Philippe. Il s'appelle Philippe.
Ma soeur a 14 ans. Elle a 14 ans.
La table est ronde. Elle est ronde
Les chats (m) ont faims. Ils ont faim.
Les pommes (v) sont vertes. Elles sont vertes

Slide 13 - Slide

                              RTTI

Slide 14 - Slide

Wat moet je uit je hoofd leren bij dit onderwerp?

Slide 15 - Open question

Schrijf de persoonlijke voornaamwoorden in de juiste volgorde op

Slide 16 - Open question

leerdoel
Je weet hoe je een regelmatig werkwoord vervoegt.
Je kunt een onderwerp vervangen door een persoonlijk voornaamwoord.

Slide 17 - Slide

Au travail!
ex. 30a (samen)
30b,c / 31a,b,c,d,e 
p.84-85

Slide 18 - Slide

Hoe vervoeg je een regelmatig werkwoord....

dat op -er eindigt?

Slide 19 - Slide

Waarom is het belangrijk...
dat je een onderwerp kunt vervangen door il/elle of ils/elles?

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide