H18 Investeringsanalyse en financiering_BECO I (2024)

H18 Investeringsanalyse en financiering
1 / 31
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H18 Investeringsanalyse en financiering

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
11:30-12:10u
  • Herhaling 18.1+18.4 d.m.v. Lessonup
  • Selectiemethode om te investeren (TVT)
  • Opdrachten maken
  • Terugblik

Slide 2 - Slide

Haga B.V. moet een nieuwe machine kopen, omdat een oude machine van hetzelfde type is kapot gegaan. Deze investering noemen we een:
A
Uitbreidingsinvestering
B
Vervangingsinvestering

Slide 3 - Quiz

Haga B.V. koopt een nieuwe machine, omdat deze qua technologie is vernieuwd en meer producten kan maken dan de bestaande machine. Deze investering noemen we een:
A
Uitbreidingsinvestering
B
Vervangingsinvestering

Slide 4 - Quiz

Haga B.V. moet een nieuwe machine kopen, omdat het meer wil produceren om te voldoen aan een grotere vraag vanuit consumenten. Deze investering noemen we een:
A
Uitbreidingsinvestering
B
Vervangingsinvestering

Slide 5 - Quiz

Om te kunnen investeren, heeft Haga B.V. extra vermogen nodig. Vermogenverschaffers kijken echter naar de solvabiliteit. Wat kan Haga B.V. doen om aan een hogere solvabiliteitseis te voldoen?
A
Meer aandelen uitgeven.
B
Meer kort vreemd vermogen aantrekken.
C
Een onderhandse lening afsluiten.
D
Alle antwoorden zijn fout.

Slide 6 - Quiz

timer
0:30
Wat zijn "cashflows"?

Slide 7 - Mind map

Beslissingen nemen....

Slide 8 - Slide

Grootste voetbalclubs in de Premier League
Omzet in 2023 in € mln en het procentuele verschil met een jaar eerder (bron FD.nl 12 mei 2024)


Slide 9 - Slide

Hoe verklaar je dit beeld dan?
Omzet in 2023 in € mln en het procentuele verschil met een jaar eerder (bron FD.nl 12 mei 2024)

Slide 10 - Slide

Hoe verklaar je de verliezen van clubs die toch best goed omzet draaien?
timer
0:20

Slide 11 - Open question

Hoe bepalen de clubs volgens jou of het de moeite waard is om voor iemand grote transferbedragen te betalen?
timer
0:20

Slide 12 - Open question

Welke risico's spelen er bij een investering volgens jou?
A
Onzekerheid over de hoogte van verwachte inkomsten uit de investering.
B
Onzekerheid over aanvullende kosten en uitgaven door de investering.
C
Tijdstip waarop ontvangsten/uitgaven gaan plaatsvinden.
D
Alle antwoorden kloppen.

Slide 13 - Quiz

Methode: Terugverdientijd (TVT)
Manier om een keuze te maken voor een investering (of tussen meerdere investeringen): LET OP WANNEER JE DE CF'S PRECIES GAAT ONTVANGEN!




Slide 14 - Slide

Aan de slag...
  • Leg laptop weg
  • Pak werkboek
  • Maak opgave 18.2+18.3
  • Daarna bespreking
timer
8:00

Slide 15 - Slide

Opgaven:
timer
10:00

Slide 16 - Slide

Opfrissen 18.5+18.6
  • Vreemd vermogen
  • Vermogensmarkt en aanbieders/vragers van vermogen

Slide 17 - Slide

Abstracte markt
Concrete markt
Huizenmarkt
Groentemarkt
Bloemenveiling
Vermogensmarkt

Slide 18 - Drag question

Vermogensmarkt en deelmarkten

Slide 19 - Slide

Wat is het verschil tussen de geldmarkt en kapitaalmarkt?
A
Op de geldmarkt heeft vermogen een looptijd van > 1 jr en op de kapitaalmarkt < 1 jr
B
Op de geldmarkt heeft vermogen een looptijd van < 1 jr en op de kapitaalmarkt > 1 jr

Slide 20 - Quiz

Stelling: een obligatie en een aandeel worden allebei op de kapitaalmarkt verhandeld.
A
Onjuist
B
Juist

Slide 21 - Quiz

Geef aan welk antwoord voorbeelden geeft van alléén kort vreemd vermogen:
A
Onderhandse lening, leveranciers-en afnemerskrediet
B
Rekening-courantcrediet, leveranciers-en afnemerskrediet
C
Obligatielening, onderhandse lening en hypothecaire lening

Slide 22 - Quiz

Mobiel bankieren

Slide 23 - Slide

Wat is een rekening-courant rekening?

Slide 24 - Open question

Wat betekent rekening-courantkrediet?
A
"Rood staan" op je betaalrekening: je hebt meer betaald dan ontvangen, dus je hebt een schuld.
B
Dat jij meer geld op je betaalrekening hebt ontvangen dan dat je hebt betaald.

Slide 25 - Quiz

Haga BV koopt sokken in mei die pas betaald hoeven te worden in juni. Haga BV heeft te maken met:
A
Verstrekt leverancierskrediet
B
Ontvangen leverancierskrediet
C
Verstrekt afnemerskrediet
D
Ontvangen afnemerskrediet

Slide 26 - Quiz

Noem het formele woord voor het uitgeven of verkopen van nieuwe aandelen.

Slide 27 - Open question

Wat zijn institutionele beleggers?
A
Rijke consumenten
B
Grote instellingen zoals pensioenfondsen en levensverzekeringsmaatschappijen
C
Banken

Slide 28 - Quiz

Porsche - elektrische auto's?
  • Check of je 8 kaarten hebt, verzamel die aan het eind weer!
  • In een groepje van 3 - zoek aan de hand van de kaarten uit (en 1 iemand schrijft op):
  1. Waarom Porsche denkt dat het zijn verkoopdoelen voor elektrische auto's niet gaat halen. Min. 3 oorzaken noemen.
  2. Wat is het gevolg hiervan: tussen  wat voor type investeringen moet Porsche kiezen?
  3. Wat is volgens jullie het meest lastige bij het maken van investeringsbeslissingen?

timer
15:00

Slide 29 - Slide

Investeringen draaien dus om....
  • Lange termijnbeslissingen
  • Vaak onzekere cashflows
  • "Vaste activa" waarmee het bedrijf inkomsten kan genereren
  • Behalve inbreng van geld door bedrijf, ook inbreng van bijv. kennis, tijd, mankracht

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide