What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
T2 Taaltoets oefenen
Oefenen voor de toets
1 / 46
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
This lesson contains
46 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Oefenen voor de toets
Slide 1 - Slide
Spelling hst. 1
De persoonsvorm
tegenwoordige tijd: denk aan snoepen!
verleden tijd: denk aan 't ex-kofschip
Slide 2 - Slide
Pvtt
In onze achtertuin (worden) een perenboom gepland.
Slide 3 - Open question
Pvtt
(worden) jij ook zo moe van dat gezeur?
Slide 4 - Open question
pvvt
Roy (verbazen) zich over de uitslag van de wedstrijd.
Slide 5 - Open question
pvvt
De twee enthousiaste leerlingen (praten) gisteren de oren van het hoofd van de docent.
Slide 6 - Open question
Formuleren hst. 2
samengestelde zinnen maken
Slide 7 - Slide
Is de volgende zin een samengestelde zin?
Omdat het gezond is, gaat Sjoerd hardlopen.
A
ja
B
nee
C
dat hangt af van de context
Slide 8 - Quiz
Een samengestelde zin heeft...
- twee persoonsvormen
- een voegwoord
Voorbeelden zijn: omdat, want, dus, terwijl, en, nadat
Let op!
De komma moet op de juiste plek (pauze) geplaatst worden.
Terwijl je deze zin voorleest, hoor je de pauze.
Slide 9 - Slide
Maak een samengestelde zin van de volgende zinnen.
(zodat) Jordy traint veel. Hij wordt steeds gespierder.
Slide 10 - Open question
Spelling hoofdstuk 2
Hoofdletters en leestekens.
Slide 11 - Slide
Verbeter de volgende zin met hoofdletters en leestekens.
's avonds zei de nederlandse scheidsrechter dat het doelpunt tegen vitesse niet geldig was
Slide 12 - Open question
Verbeter de volgende zin met hoofdletters en leestekens.
mevrouw de vries schreeuwde hard hoepel nou gauw op
Slide 13 - Open question
Spelling hoofdstuk 3
voltooid deelwoord: denk aan 't ex-kofschip!
bijvoeglijk gebruik voltooid deelwoord: gebruik altijd de kortst mogelijke vorm
Slide 14 - Slide
Naomi heeft lang (twijfelen) over haar profielkeuze.
Slide 15 - Open question
Na de training heb ik lekker lang (douchen).
Slide 16 - Open question
Op het internet staat (uitbreiden) informatie over cyberpesten.
Slide 17 - Open question
Nog wat werkwoorden!
Slide 18 - Slide
Natasja (bestellen) haar computeronderdelen online.
A
besteld
B
bestelt
C
besteldt
Slide 19 - Quiz
Op de website staan de openingstijden (vermelden).
A
vermeld
B
vermelt
C
vermeldt
Slide 20 - Quiz
E-mails (beantwoorden) ik meestal direct.
A
beantwoord
B
beantwoordt
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Video
Welke naam staat op het drumstel van meester Michael?
A
Adams
B
Ludwig
C
Roland
D
Simons
Slide 23 - Quiz
Formuleren hoofdstuk 6
Vaste voorzetsels bij werkwoorden
Slide 24 - Slide
Noteer het juiste voorzetsel
Je mag gebruik maken ... je rekenmachine tijdens de toets.
Slide 25 - Open question
Noteer het juiste voorzetsel
Zij gaat helemaal ... ... de muziek. (2x)
Slide 26 - Open question
Vul het juiste voorzetsel in.
... aanleiding ... uw krantenartikel stuur ik u een brief.
Slide 27 - Open question
Trappen van vergelijking
Als is even groot als als....
Dan is groter dan dan...
Slide 28 - Slide
Vul het rijtje aan:
ver, verder, ______
Slide 29 - Open question
Vul het rijtje aan:
romantisch, romantischer, ______
Slide 30 - Open question
Vul het rijtje aan:
zuur, _____, zuurst
Slide 31 - Open question
Hij is veel liever ________.
A
als haar
B
als zij
C
dan haar
D
dan zij
Slide 32 - Quiz
Marie kan niet zo goed liegen ______.
A
als jij
B
als jou
C
dan jij
D
dan jou
Slide 33 - Quiz
Spelling hoofdstuk 5
verkleinwoorden
Slide 34 - Slide
Geef het verkleinwoord van:
risico
Slide 35 - Open question
Geef het verkleinwoord van:
bikini
Slide 36 - Open question
Wat is het verkleinwoord van abc?
A
abc-tje
B
abctje
C
abc'tje
D
abceetje
Slide 37 - Quiz
Spelling hoofdstuk 6
meervoud
Slide 38 - Slide
Geef het meervoud van
tosti
Slide 39 - Open question
Geef het meervoud van
patio
Slide 40 - Open question
Geef het meervoud van
fantasie
Slide 41 - Open question
Geef het meervoud van
schip
Slide 42 - Open question
Vul de juiste vorm van het werkwoord in.
(snikken) rende de kleine jongen naar zijn mama.
Slide 43 - Open question
Hoe denk je dat je de toets gaat maken?
1
10
Slide 44 - Poll
Welk onderdeel ga jij nog goed oefenen?
Slide 45 - Open question
Vragen?
Slide 46 - Mind map
More lessons like this
1HV Spelling H3: Verleden tijd van sterke werkwoorden
November 2021
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
De brug - spelling deel 1
September 2022
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Spelling hoofdstuk 1 t/m 6
October 2023
- Lesson with
25 slides
2T Taalverzorging Formuleren H6 les 1
March 2021
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
M4 oefententamen 1: Spelling
October 2022
- Lesson with
51 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Oefenen taalverzorging
November 2023
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Oefenen spelling
October 2024
- Lesson with
47 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Creatief schrijven & spelling les 7: bezitsvormen
February 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1