H10 De Overheid

H10 De Overheid
1 / 11
next
Slide 1: Slide
HandelMBOStudiejaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

H10 De Overheid

Slide 1 - Slide

Stelling 1
De gemeenten zijn ook overheid.
Stelling 2
Waterschappen zijn geen overheid.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 2 - Quiz

Stelling 1
Overheidsbestedingen leggen direct beslag op de productiecapaciteit.
Stelling 2
Overdrachtsuitgaven leggen direct beslag op de productiecapaciteit.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 3 - Quiz

Stelling 1
Collectieve goederen zijn goederen die voor het hele land zijn, bv defensie.
Stelling 2
Collectieve goederen kunnen niet via de markt geleverd worden.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 4 - Quiz

Stelling 1
Quasi collectieve goederen zouden wel via de markt geleverd kunnen worden.
Stelling 2
Jouw onderwijs is een individueel goed.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 5 - Quiz

Stelling 1
Het begrotingstekort is het verschil tussen inkomsten en uitgaven van de overheid.

Stelling 2
Nederland heeft een begrotingsoverschot in 2022.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 6 - Quiz

Stelling 1
financieringstekort = begrotingstekort - aflossing staatsschuld
Stelling 2
De Nederlandse overheid mag zelf bepalen hoe hoog het financieringstekort wordt.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 7 - Quiz

Stelling 1
Bij retributies kan de betaler direct zien waarvoor hij aan de overheid betaald.

Stelling 2
Bij belastingen kan de betaler niet zien voor welke dienst hij aan de overheid betaald.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 8 - Quiz

Stelling 1
Sociale voorzieningen worden uit premies betaald.
Stelling 2
Sociale verzekeringen worden met belastinggelden gefinancierd.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 9 - Quiz

Stelling 1
AOW is een voorbeeld van een sociale voorziening.
Stelling 2
De bijstand is een voorbeeld van een sociale verzekering.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 10 - Quiz

Stelling 1
staatschuld overheid jaar 2 = staatschuld jaar 1 + financieringstekort
Stelling 2
Stel: overheidsuitgaven: 270; inkomsten: 240; aflossing staatsschuld 10 Dan is het financieringstekort 20.
A
1+2 zijn juist
B
1+2 zijn onjuist
C
1 is juist; 2 is onjuist
D
1 is onjuist; 2 is juist

Slide 11 - Quiz