BS 3 reductiedeling

Doelstelling en Huiswerk
Doelstelling 4:
  • Je kunt het doel van reductiedeling (meiose) beschrijven
  • Je kunt de vorming van chromosomenparen bij de bevruchting beschrijven
Huiswerk:
Leren Bs3 BLZ 53 en maken Opdr. 11 t/m 16 
BLZ 54 - 57

1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Doelstelling en Huiswerk
Doelstelling 4:
  • Je kunt het doel van reductiedeling (meiose) beschrijven
  • Je kunt de vorming van chromosomenparen bij de bevruchting beschrijven
Huiswerk:
Leren Bs3 BLZ 53 en maken Opdr. 11 t/m 16 
BLZ 54 - 57

Slide 1 - Slide

Thema 2 | Voortplanting en ontwikkeling

Bs. 3 | Reductiedeling

Slide 2 - Slide

Doe je Chromebook Open

Slide 3 - Slide

Zet de afbeeldingen in de juiste volgorde van  Mitose

Slide 4 - Drag question

Hoeveel chromosomen zitten er in de celkern van een mens?
A
23
B
17
C
46
D
34

Slide 5 - Quiz

Hoeveel chromosomen paren zitten er in de celkern van een mens?
A
23
B
17
C
46
D
34

Slide 6 - Quiz

Wat gebeurt er als een zaadcel en eicel samensmelten?

Slide 7 - Mind map

Doe je Chromebook dicht

Slide 8 - Slide

Geslachtelijke voortplanting
  • Altijd een man(zaadcel) en een vrouw(eicel) nodig.
  •  De geslachtscellen smelten samen bij de bevruchting.
  •  Zaadcel + eicel = bevruchte eicel
  •  Vader      + moeder = kind



50%
50%
100%
23
23
46 
chromosomen
=
+

Slide 9 - Slide

Gewone celdeling
Mitose
  •  Komt voor bij alle lichaamscellen.
  •  Deze vorm wordt ingezet voor groeien en herstel.
  • Van het begin tot het eind van mitose heeft de cel 46 chromosomen

Slide 10 - Slide

Reductiedeling
Meiose
  •  Reductie = verminderen
  • Reductiedeling komt voor bij de vorming van geslachtscellen
  •  Vindt plaats in de teelballen en Eierstokken.
  • Het aantal chromosomen wordt tijden reductie deling gehalveerd van 46 aan het begin ----> 23 aan het einde van het proces

Slide 11 - Slide

Meiose 

Slide 12 - Slide

Meiose 
46
46
46
23
23
23
23

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Mitose
- gewone celdeling

- lichaamscellen

- overal in het lichaam

- Precies dezelfde chromosomen
Meiose
- reductiedeling

- geslachtscellen

- eierstokken en zaadballen

- helft aantal chromosomen

Slide 15 - Slide

Opdracht Strookjes Meiose
Wat: in tweetallen krijg je een stapel strookjes met daarop de fasen van meiose, Leg deze op volgorde.
Hoelang: 5 tot 7min.
Klaar?: Laat de uitkomst controleren. 
Als hij goed is gebruik je de pruimvolgorde op de achterkant om de strookjes op te stapelen.




Slide 16 - Slide

Doe je Chromebook Open

Slide 17 - Slide

Maak de volgende zinnen compleet. Sleep het aantal chromosomen naar de juiste plaats. Er blijft één antwoord over
1. Een spermamoedercel waaruit een zaadcel kan ontstaan heeft .......... chromosomen paren.
2. een eicel en een zaadcel hebben allebei ....... chromosomen.
3. Na dat de bevruchting heeft plaats gevonden heeft de bevruchte eicel ....... chromosomen in totaal.
23
23
46
46

Slide 18 - Drag question

Als een gewone lichaamscel van een hond 78 chromosomen heeft. Hoeveel chromosomen bevatten zijn geslachtcellen?
A
78
B
39
C
156
D
23

Slide 19 - Quiz

Doelstelling en Huiswerk
Doelstelling 4:
  • Je kunt het doel van reductiedeling (meiose) beschrijven
  • Je kunt de vorming van chromosomen paren bij de bevruchting beschrijven.
Huiswerk:
Leren Bs3 BLZ 53 en maken Opdr. 11 t/m 16 
BLZ 54 - 57

Slide 20 - Slide