This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
-Kennen wij de projectwoorden en de betekenis hiervan.
-leenwoorden
Aan het einde van de les:
Slide 2 - Slide
timer
0:30
Welke woorden heb je onthouden?
Slide 3 - Mind map
Quiz regels
30 sec overlegtijd bij elke vraag (fluistertoon)
Bij een goed antwoord +1
Bij een fout antwoord 0
Bij het verstoren van de les - 1
Winnaars 20 pt
Individuele vragen 2 pt
Slide 4 - Slide
Welke woord hoort bij de betekenis: staat in voor de herstelling van het koetswerk (de buitenkant) van voertuigen. Zij of hij herstelt of vervangt beschadigde stukken en kan monteren, spuiten en afwerken.
A
de diagnostetechnieker
B
de keukenmedewerker
C
de schoonmaker
D
de carrossier
Slide 5 - Quiz
Bekijk het plaatje goed!
Slide 6 - Slide
Welk woord past het best bij het plaatje?
Slide 7 - Open question
Wat is een ander woord voor: brillenmaker
Slide 8 - Slide
Welke woord hoort bij de betekenis: Een plechtige uitspraak waarmee iets bekendgemaakt of uitgelegd wordt.
A
het jargon
B
het comfort
C
de verklaring
Slide 9 - Quiz
Wat wordt er bedoeld met het woord: beroep?
Slide 10 - Slide
De betekenis van een stewardess is: iemand die in een vliegtuig voor de veiligheid en de verzorging van de passagiers zorgt.
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quiz
Wat betekent het woord: het interieur?
A
Hoe een gebouw er vanbinnen uitziet
B
Hoe een gebouw er vanbuiten uitziet
C
Alle meubels bij elkaar
D
Werkplaats van een kunstenaar
Slide 12 - Quiz
Door welk ander woord kan het dikgedrukte woord worden veranderd?
''De medewerkers kregen aan het einde van de maand hun loon uitbetaald voor het werk dat ze hadden verricht.''
Slide 13 - Open question
Welk woord past bij het plaatje?
Slide 14 - Slide
Welk woord past het best bij het plaatje?
Slide 15 - Open question
Geef een ander woord voor 'student die stage doet'
A
een architect
B
een opticien
C
een journalist
D
een stagiaire
Slide 16 - Quiz
Je maakt 3 zinnen met elk één projectwoord erin.
Mix & Match je loopt rond in de klas en zoekt een maatje, je leest allebei één zin op en geeft elkaar feedback. (2x)