Bron 1 past bij de jagers-verzamelaars, omdat je ziet dat ze op jacht zijn, gebruiksvoorwerp is een speer, ze jagen voor hun voedsel.
Bron 2 past bij boeren, omdat je ziet dat zij dieren gebruiken om een ploeg te trekken. Zij bewerken land om aan hun voedsel te komen.
Bij bron 2 past het KA: Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.