Spelling De Brug

Lesdoel

Herhalen spelling van persoonsvormen
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lesdoel

Herhalen spelling van persoonsvormen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

- Theorie:  schrijven van de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd
- Zelf aan de slag met opdrachten


Slide 2 - Slide

De persoonsvorm
  • Wat is 'persoonsvorm'?
  • Kenmerken persoonsvorm
  • Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 3 - Slide

De persoonsvorm (pv)
  • De persoonsvorm is altijd een werkwoord.
  • Elke zin heeft altijd één persoonsvorm.
  • Staat er maar één werkwoord in de zin? Dan is dat automatisch de persoonsvorm.



Slide 4 - Slide

Hoe vind je de persoonsvorm?
  • Veranderen van tijd: Zet de zin in een andere tijd. Het werkwoord dat veranderd is de persoonsvorm.

Ik houd heel erg van een broodje kroket
Ik hield heel erg van een broodje kroket

Slide 5 - Slide

Hoe vind je de persoonsvorm?
Getalproef: zet een zin die in meervoud staat in enkelvoud. Of zet een zin die in enkelvoud staat in meervoud. Het 
Het werkwoord dat mee veranderd is de persoonsvorm. 

Slide 6 - Slide

Hoe vind je de persoonsvorm?
Maak de zin vragend. Het werkwoord waarmee de zin begint, is de persoonsvorm.

Slide 7 - Slide


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

De ik-vorm
hele werkwoord: klimmen 
ik-vorm: -en -> klim

hele werkwoord: wrijven
ik-vorm: -en -> wrijv -> wrijf

Slide 10 - Slide



Slide 11 - Slide

Zelf aan de slag


Maken opdracht 1, 2, 3, 4 en 5 blz. 267, 268 en 269

Klaar: vergelijk je antwoorden met die van je buurman
en lees de theorie van het voltooid en onvoltooid deelwoord
timer
7:00

Slide 12 - Slide