1LAT week 46

Maandag 14 november 

6e uur 
-1.11 adjectieven 



7e uur 
-SO bespreken
-werken aan opdracht vocabulaire 
--> inleverdatum 21 november
1 / 19
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Maandag 14 november 

6e uur 
-1.11 adjectieven 



7e uur 
-SO bespreken
-werken aan opdracht vocabulaire 
--> inleverdatum 21 november

Slide 1 - Slide

1.11 adjectieven
1. korte herhaling behandelde stof 
2. instructies adjectieven 
3. opdrachtjes maken


Lesdoelen (portfolio): 
Je kunt de klasse van een naamwoord geven 
Je kunt aantonen hoe adjectieven congrueren met substantieven

Slide 2 - Slide

1. Herhaling substantieven
-klasse 
-getal
-geslacht 

Inloggen via LessonUp!

Slide 3 - Slide

Welke klasse?
servus (middenkolom: servi)
A
1e
B
2e

Slide 4 - Quiz

Welke klasse?
iuvenis (middenkolom: iuvenis)
A
1e
B
2e

Slide 5 - Quiz

enkelvoud of meervoud?
feminae
A
enkelvoud
B
meervoud

Slide 6 - Quiz

enkelvoud of meervoud?
dux
A
enkelvoud
B
meervoud

Slide 7 - Quiz

Welk van deze woorden is/zijn mannelijk?
A
avus
B
mater
C
corpus
D
dux

Slide 8 - Quiz

2. De adjectieven (1.11)
bijvoeglijke naamwoorden van de eerste klasse 

Slide 9 - Slide

In welk van deze zinnetjes staat een adjectief?
A
De pen is van mij
B
De pen is klein
C
De rode pen ligt op tafel
D
De pen ligt op tafel

Slide 10 - Quiz

Adjectieven 

Wat is het? 
Hoe ziet het eruit? 
Hoe wordt het gebruikt? 
Wat is het?

Woorden die meer uitleg over substantieven geven. Ze geven bijvoorbeeld een toestand, afkomst of eigenschap aan. 

-de rode pen
-de Nederlandse mensen
-een goed boek 

Slide 11 - Slide

Adjectieven 

Wat is het? 
Hoe ziet het eruit? 
Hoe wordt het gebruikt? 
Hoe ziet het eruit?

Ne: een goed boek
En: a good book
Du: ein gutes Buch
Fa: un bon livre 
La: bonus liber 

Slide 12 - Slide

Adjectieven 

Wat is het? 
Hoe ziet het eruit? 
Hoe wordt het gebruikt? 
Hoe ziet het eruit?

Ne: een goed boek
En: a good book
Du: ein gutes Buch
Fa: un bon livre 
La: bonus liber 

Slide 13 - Slide

Adjectieven 

Wat is het? 
Hoe ziet het eruit? 
Hoe wordt het gebruikt? 
Hoe ziet het eruit?

Latijn: 
  • bonus-bona-bonum
  • boni-bonae-bona

  • --> check de woordenlijst!

Slide 14 - Slide

Adjectieven 

Wat is het? 
Hoe ziet het eruit? 
Hoe wordt het gebruikt? 
Hoe wordt het gebruikt? 
Het adjectief past zich aan het substantief (de kern) aan  in getal en geslacht=
congrueren 

  • Bijvoorbeeld:
  • laeti avi= de blije grootvaders
  • laetae feminae= de blije vrouwen 
  • laetus dux= de blije leider 
  • laeta mater= de blije moeder

Slide 15 - Slide

Congrueer bonus met de kern
femina
A
bonus
B
bonae
C
bona
D
boni

Slide 16 - Quiz

Congrueer het adjectief laetus met de kern 'matres'
A
bona
B
bonae
C
bonus
D
boni

Slide 17 - Quiz

Dus:
1. wat houdt congrueren precies in? 
2. hoe kun je de klasse van een naamwoord achterhalen? 

Slide 18 - Slide

3. Oefeningen
p. 39 en 40 

Slide 19 - Slide