This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
H1 Stoffen en mengsels
Slide 1 - Slide
Wat is geen stofeigenschap
A
Smaak
B
Oplosbaarheid
C
Massa
D
Dichtheid
Slide 2 - Quiz
Wat is dichtheid?
A
Massa van een bepaalde hoeveelheid stof
B
Volume van een bepaald hoeveelheid stof
C
p = m / V
D
p = V / m
Slide 3 - Quiz
Welk gevaar geeft dit teken aan
A
Ontvlambaar
B
Schadelijk
C
Explosief
D
Giftig
Slide 4 - Quiz
In welke fase is de aantrekkingskracht het grootst
A
Gas
B
Vloeibaar
C
Vast
D
Er is geen aantrekkingskracht
Slide 5 - Quiz
Welke faseovergang zie je bij het ontstaan van mist
A
Verdampen
B
Sublimeren
C
Rijpen
D
Condenseren
Slide 6 - Quiz
Wat gebeurt er met de afstand tussen de moleculen als je van een gas naar een vloeistof gaat
A
Afstand wordt kleiner
B
Afstand wordt groter
C
Afstand blijft gelijk
Slide 7 - Quiz
Welk van deze stoffen is een zuivere stof
A
Zuivere chocolade melk
B
Thee
C
Beton
D
aluminium folie
Slide 8 - Quiz
Is deze stof een zuivere stof of een mengsel
A
Zuiver
B
Mengsel
Slide 9 - Quiz
Wat voor soort mengsel is dit
A
Emulsie
B
Oplossing
C
Suspensie
Slide 10 - Quiz
Suiker in de thee doen. Is dat een chemische reactie?
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quiz
Henk heeft een blokje in zijn handen. De afmeting is 2 cm bij 2,5 cm bij 3,2 cm. De massa van het blokje is 19,5 gram. Bereken de dichtheid. Laat de berekening ook zien!
Slide 12 - Open question
Je steekt een brander aan. Daarbij verbrandt je het gas methaan. De stoffen die ontstaan zijn koolstofdioxide en waterdamp. Bij een verbranding heb je zuurstof nodig. Geef het reactie schema weer (met dus een pijl)