Dinsdag 11 oktober

1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoel van vorige week
je weet wat het werkwoord "avoir" betekent
je weet dat avoir een onregelmatig werkwoord is
Je kunt avoir in een zin gebruiken (vervoegen)

Slide 2 - Slide

AVOIR ( = hebben)
AVOIR 

Slide 3 - Slide

Vertaal: ik, jij, hij, zij

Slide 4 - Open question

Vertaal: wij, jullie, zij (m/v)

Slide 5 - Open question

Est-ce que tu ........... problème?
Oui, j'........... un petit problème.

Slide 6 - Open question

Nous ............ beaucoup de cousins.
Et vous? Vous .......... des cousins aussi?

Slide 7 - Open question

Paul ............. une belle voiture.
Il ............... de la chance!

Slide 8 - Open question

de lidwoorden

Slide 9 - Slide

Wat betekenen le, la en l'?

Slide 10 - Open question

Wanneer gebruik ik l'?

Slide 11 - Open question

Goed of fout?
la mère (v)
A
goed
B
fout

Slide 12 - Quiz

goed of fout?
le frère (m)
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quiz

goed of fout?
l'oncle (m)
L'école (v)
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

In het meervoud veranderen de lidwoorden le, la, l' in ???

Slide 15 - Open question

Zet het in het meervoud:
le lapin / l'arbre / la famille / le portable

Slide 16 - Open question

Vertaal:
een vriend / een vriendin

Slide 17 - Open question

Slim stampen
Grandes Lignes online
Je kunt hier alles oefenen: vocabulaire, phrases clés en grammatica

Slide 18 - Slide

Au travail

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide