Taalbeschouwing 2

Beknopte bijzinnen
1 / 10
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

Beknopte bijzinnen

Slide 1 - Slide

Taalbeschouwing
Niet de inhoud van de taal, maar de vorm staat centraal.

Je leert na te denken over taal en dat helpt je om bijvoorbeeld betere teksten te schrijven.

Slide 2 - Slide

Beknopte bijzinnen
In duo's denk je na over een paar vragen.

Wat zijn beknopte bijzinnen?
Welke regels zijn er voor beknopte bijzinnen?
Hoe maak je beknopte bijzinnen?

Na deze les weet je het!

Slide 3 - Slide

Stap 1: voelen
Lees deze zinnen (bijzin is vetgedrukt):
  1. Mopperend begon mijn broertje aan het opruimen van zijn kamer.
  2. Terwijl hij mopperde begon mijn broertje aan het opruimen van zijn kamer.

Wat valt je op aan de bijzinnen?
Uit welke zinsdelen bestaan de bijzinnen?
Wat is het verschil tussen de bijzin van zin 1 en de bijzin van zin 2?

Slide 4 - Slide

Stap 1: voelen
  1. Mopperend begon mijn broertje aan het opruimen van zijn kamer.
  2. Terwijl hij mopperde,begon mijn broertje aan het opruimen van zijn kamer.

  • Uit welke zinsdelen bestaan de bijzinnen?
  • Wat is het verschil tussen zin 1 en zin 2?

Slide 5 - Slide

Stap 2: vatten
Mopperend begon mijn broertje aan het opruimen van zijn kamer.

"mopperend" is een beknopte bijzin > want:
  • Het onderwerp ontbreekt
  • De persoonsvorm is vervangen door een infinitief of (on)voltooid deelwoord

Slide 6 - Slide

Stap 2: vatten
Je kunt niet zomaar het onderwerp weglaten, kijk maar:
In het centrum aangekomen waren alle parkeergarages vol.

  • Welk onderwerp hoort er bij de beknopte bijzin?
  • Wat is het onderwerp van de hoofdzin?
  • Welke regel kun jij formuleren voor het weglaten van een onderwerp in een beknopte bijzin?
  • Welke regel zou gelden voor het vervangen van een PV in een beknopte bijzin?

Slide 7 - Slide

Stap 3: verwerken

Hoe kunnen we deze bijzin herschrijven zodat hij goed is?

In het centrum aangekomen waren alle parkeergarages vol


Slide 8 - Slide

Stap 3: verwerken
Maak met jouw regels kloppende beknopte bijzinnen bij de onderstaande zinnen:

Terwijl hij naar de overkant liep, werd hij bijna aangereden.

Nadat we koffie hadden gedronken, vervolgden we onze busreis.

Slide 9 - Slide

Leeropbrengst?

Slide 10 - Slide