Talent 2.5 les 2 3KB

Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen.
timer
10:00
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen.
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Herhaling vorige les
Nieuwe woorden

Slide 2 - Slide

Wat betekent 'anoniem'?
A
zonder naam, onbekend
B
met een herkenbare handtekening
C
met naam en adres
D
gepubliceerd onder een pseudoniem

Slide 3 - Quiz

Wat is een 'hypothese'?
A
een bewezen feit
B
een persoonlijke mening
C
een idee dat nog bewezen moet worden
D
een definitieve conclusie

Slide 4 - Quiz

Wat doet een 'wetenschapper'?
A
consultancy werk uitvoeren
B
onderwijs geven op middelbare scholen
C
boeken schrijven over geschiedenis
D
onderzoek doen aan de universiteit

Slide 5 - Quiz

Wat betekent 'de onderbouwing'?
A
de titel van een rapport
B
de conclusie van een onderzoek
C
een samenvatting van een artikel
D
redenen om iets te bewijzen

Slide 6 - Quiz

Wat is een 'onderzoeksrapport'?
A
het verslag van een onderzoek
B
een samenvatting van nieuwsartikelen
C
een persoonlijke dagboeknotitie
D
een brochure met advertenties

Slide 7 - Quiz

Doel vandaag:
Wat zijn leenwoorden?

Slide 8 - Slide

Leenwoorden zijn woorden die uit een andere taal komen. In het Nederlands komen veel leenwoorden voor, zoals bureau (Frans), plastic (Engels), überhaupt (Duits), professor (Latijn) en sultan (Arabisch).
Leenwoorden komen in een taal terecht omdat ze niet te vertalen zijn of omdat ze iets unieks benoemen. Leenwoorden vervangen soms een bestaand Nederlands woord.
Je kunt de herkomst van leenwoorden vinden in een etymologisch woordenboek, zoals de herkomst van het woord autoriteit.

Slide 9 - Slide

Uit welke taal komt het woord 'anoniem'?
A
Grieks
B
Latijn
C
Frans
D
Duits

Slide 10 - Quiz

Uit welke taal komt het woord 'bureau'?
A
Frans
B
Duits
C
Grieks
D
Nederlands

Slide 11 - Quiz

Uit welke taal komt het woord 'professor'?
A
Italiaans
B
Engels
C
Frans
D
Latijn

Slide 12 - Quiz

Uit welke taal komt het woord 'sultan'?
A
Arabisch
B
Frans
C
Turks
D
Duits

Slide 13 - Quiz

Lees de woordparen. Wat is het leenwoord op?
bodyguard – beveiliger

A
bodyguard
B
beveiliger

Slide 14 - Quiz

Lees de woordparen. Wat is het leenwoord op?
stoep – trottoir
A
stoep
B
trottoir

Slide 15 - Quiz




  1. Maak opdracht: 11, 13, 15 van §2.5 woordenlijst op blz. 121
  2. Test jezelf §2.5







  • Nakijken
  • Woordentrainer
  • Lezen
  • Blooket
timer
15:00

Slide 16 - Slide

Wat zijn achtervoegsels en wat doen ze met de woordbetekenis?

Slide 17 - Slide

Blooket!

Slide 18 - Slide