3.5 - Speciale manieren van overerven

Welkom!
Zitten waar je wilt
Telefoon niet zichtbaar
Boek+schrift op tafel
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Zitten waar je wilt
Telefoon niet zichtbaar
Boek+schrift op tafel

Slide 1 - Slide

Afspraken 
plaatsen in het lokaal

Slide 2 - Slide

Planning
Woensdag - Herhaling 3.1 - 3.4
Donderdag (2x) - 3.5 uitleg + opdrachten
Vrijdag - 3.6

Volgende week: Herhaling, oefenen
Daarna: 1 vragen les, vervolgens daarna toetsweek

Slide 3 - Slide

Thema 3 - Genetica



LessonUp klas: rplzz
Online boek: 532446

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Thema 3 - Genetica
3.1 - Fenotype en genotype
3.2 - Genenparen
3.3 - Monohybride kruisingen
3.4 - Geslachtschromosomen
3.5 - Speciale manieren van overerven
3.6 - Opvoeding of aanleg

Slide 6 - Slide

Genotype en fenotype
  Genotype                 Milieufactoren                 Fenotype        

Slide 7 - Slide

Chromosoom/ gen/ DNA

Slide 8 - Slide

Chromosomen paren 
Gen voor het maken van oorsmeer
Gen voor oogkleur
Gen voor bloedgroep

Slide 9 - Slide

Dominant en recessief
Een dominant allel zie je altijd terug in het fenotype (ook als er maar één dominant allel is).





Dominante allel: HOOFDLETTER
Recessieve allel: kleine letter

Slide 10 - Slide

Homozygoot en heterozygoot
heterozygoot
homozygoot

Slide 11 - Slide

Dominant en recessief.

Standaard (volledig dominant):
  • één dominant allel (A)
  • één recessief allel (a)

Mogelijke genotypes en fenotypes:
AA = dominante fenotype
Aa = dominante fenotype
aa = recessieve fenotype

Slide 12 - Slide

X-chromosomale geslachtsgebonden overerving
alleen op het X-chromosoom, niet op het Y-chromosoom
je maakt dan dit kruisingsschema

Slide 13 - Slide

Oefenvragen

Slide 14 - Slide

Oefenvraag oogkleur
Een vrouw met blauwe ogen krijgt een kind met een man met bruine ogen. De vrouw is homozygoot voor oogkleur. Blauwe oogkleur is recessief.
Het kind heeft blauwe ogen.

- Wat is het genotype van dit kind?
- Wat is het genotype van de man?

Slide 15 - Slide

Oefenvraag kalkoenen
Bij kalkoenen hebben vrouwelijke dieren als geslachtschromosomen X en Y en hebben mannelijke dieren twee X-chromosomen. Individuen met als geslachtschromosomen twee Y-chromosomen sterven in een vroeg embryonaal stadium. Bij deze vogels kunnen de chromosomen van onbevruchte eicellen zich verdubbelen, waardoor deze eicellen zich ontwikkelen tot volwassen, diploïde, vruchtbare dieren
Over de ontwikkeling van een kuiken uit een onbevrucht ei worden tee beweringen gedaan:
- De eicel waaruit dit kuiken is ontstaan, was aanvankelijk haploïd
- Dit kuiken heeft als geslachtschromosomen X en Y.

Welke bewering(en) is/zijn juist?

Slide 16 - Slide

Aan het werk
Bijwerken opgaven 3.1 - 3.4
Maken oefenvragen (los blad)

Slide 17 - Slide

Welkom!
Zitten waar je wilt
Telefoon niet zichtbaar
Boek+schrift op tafel

Slide 18 - Slide

Planning
Woensdag - Herhaling 3.1 - 3.4
Donderdag (2x) - 3.5 uitleg + opdrachten
Vrijdag - 3.6

Volgende week: Herhaling, oefenen
Daarna: 1 vragen les, vervolgens daarna toetsweek

Slide 19 - Slide

Thema 3 - Genetica



LessonUp klas: rplzz
Online boek: 532446

Slide 20 - Slide

Thema 3 - Genetica
3.1 - Fenotype en genotype
3.2 - Genenparen
3.3 - Monohybride kruisingen
3.4 - Geslachtschromosomen
3.5 - Speciale manieren van overerven
3.6 - Opvoeding of aanleg

Slide 21 - Slide

3.5 - Speciale manieren van overerven

Bladzijde 201
BiNaS: 

Slide 22 - Slide

Doelen van deze paragraaf
Je kunt kruisingsschema's maken voor onafhankelijke overerving van multiple allelen, letale factoren en gekoppelde genen
Je kunt uit de kruisingsschema's zoals hierboven of stambomen hiervan de frequentie van bepaalde genotypen en fenotypen van nakomelingen afleiden

Slide 23 - Slide

Speciale overerving
Multiple allelen - Meer dan 2 varianten
Lethale allelen - Dodelijk bij homozygoot genotype
Gekoppelde overerving - Allelen op hetzelfde chromosoom

Slide 24 - Slide

Multiple allelen
Vaak bestaan er 3 of meer verschillende allelen voor een erfelijke eigenschap = multiple allelen.

Bloedgroepen is een bekend voorbeeld hiervan. 
Multiple allelen komen voor op autosomale genen. 

Slide 25 - Slide

Letale factoren
  • Een letale factor is een factor waarbij een allel in homozygote toestand geen levensvatbare cellen of levensvatbaar individu oplevert 

--> Welk genotype is lethaal?

Slide 26 - Slide

Want een kanarie met een kuif moet een K hebben, twee K (KK) betekent de lethale factor. 

Slide 27 - Slide

niet gekoppelde overerving
gekoppelde overerving

Slide 28 - Slide

Gekoppelde overerving
Kruisingen waar twee genen bij zijn betrokken.
Als genen op hetzelfde chromosomenpaar liggen: gekoppelde genen -> gekoppelde overerving.

Op verschillende chromosomenparen -> onafhankelijke overerving

Slide 29 - Slide

Notatiewijze bij gekoppelde overerving
Omdat de allelen bij gekoppelde overerving letterlijk 'gekoppeld' liggen worden ze in vaste combinaties doorgegeven aan het nageslacht. Er ontstaat dus minder variatie bij de gametogenese.

Het is erg van belang dat de allelen dat op hetzelfde chromosoom als zodanig worden genoteerd. 
Gebruik dus de volgende notatiewijze --> 

Slide 30 - Slide

Aan het werk
Maken t/m opdracht 63

Begin alvast met samenvatten/oefenen 3.1 t/m 3.4

Slide 31 - Slide

Aan het werk
Maken t/m opdracht 63

Begin alvast met samenvatten/oefenen 3.1 t/m 3.4

timer
5:00

Slide 32 - Slide