NuNederlands 3F Woordenschat 2

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Start periode 4

* studieplanner staat in Teams

* toegang tot de les is een laptop en licentie

* uitzonderingen zijn bekend bij SLB-er (zo niet, dan geen toegang)

* herkansingen enkel voor studenten die meer dan 80% aanwezig zijn tijdens lessen en ALLE opdrachten maken die opgegeven zijn door de docent. 

Woordenschat 2

Doel van de les

2.1 Je zoekt snel en doelgericht een woord op in het woordenboek

2.2 Je kiest in het woordenboek de juiste betekenis van een woord

Werken met een woordenboek

1. Stel vast welk trefwoord je zoekt

 Gefrankeerd -> frankeren

Gezien -> zien

Uitdrukking:

De pot verwijt de ketel -> pot (eerste zelfst. naamwoord)

Werken met een woordenboek

2. Ben je bij de juiste letter? Zoek dan verder op tweede en derde letter. 

Aan de slag

Maak opdracht 1, 2 en extra opdracht 1

Gebruik evt. online woordenboeken zoals

www.vandale.nl

www.woordenlijst.org

www.woorden.org

Doel van de les

2.1 Je zoekt snel en doelgericht een woord op in het woordenboek

2.2 Je kiest in het woordenboek de juiste betekenis van een woord

Meerdere betekenissen

Een woord kan meerdere betekenissen hebben. Uit de zin of context leid je af, welke betekenis je nodig hebt. 

Aan de slag

WS 2.2

Maak opdracht 1 t/m 5

Opdracht 3 mag je overslaan

Doel van de les

2.3 Je gebruikt de informatie over schrijfwijze, uitspraak en extra’s uit het woordenboek. 

Aan de slag

Maak opdracht 1 en 2 

Ga daarna verder met de extra opdrachten. 

Doel van de les

2.4 

Je weet welke woordenboeken je online kunt gebruiken.

Online woordenboeken

www.vandale.nl

www.woordenlijst.org

taaladvies.net

encyclo.nl

synoniemen.net

Handig:

Bij vragen waarbij je het leidraad moet gebruiken -> gebruik woordenlijst.org 

Aan de slag

Maak de opdrachten bij 2.4