VHZ deel 2 H 1 Recht en macht les 2

H 1 Recht en Macht
  • je weet wat een rechter in de Bijbel is
  • Je weet wie rechters zijn geweest
  • je weet wat profetische geschiedschrijving is
  • Je weet wie de eerste koning was.
1 / 25
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H 1 Recht en Macht
  • je weet wat een rechter in de Bijbel is
  • Je weet wie rechters zijn geweest
  • je weet wat profetische geschiedschrijving is
  • Je weet wie de eerste koning was.

Slide 1 - Slide

Wie was Mozes ook alweer?
A
Hij had ruzie met zijn broers en werd toen Farao in Egypte
B
Hij leidde het volk Israël uit Egypte
C
Hij was een vriend van Jezus
D
Hij bouwde de Ark

Slide 2 - Quiz

Hoe heette de broer van Mozes?
A
Bezal
B
Aäron
C
Jozef
D
Gilead

Slide 3 - Quiz


Mozes en de uittocht uit Egypte.
Mozes leefde ongeveer
A
2000 voor Christus
B
1300 voor Christus
C
1000 voor Christus
D
Rondom het jaar 0

Slide 4 - Quiz

De opvolger van Mozes
A
Saul
B
Jozef
C
David
D
Jozua

Slide 5 - Quiz

Wat is niet waar over Mozes?
A
Hij heeft het volk Israel uit Egypte geleid
B
Hij heeft de 10 geboden van God ontvangen
C
Hij is zelf nooit aangekomen in Kanaän.
D
Hij is een nakomeling van Ezau.

Slide 6 - Quiz

De Israëlieten vieren het Pesach feest. Wat betekent Pesach?
A
doorgaan
B
overslaan
C
straffen
D
woestijntocht

Slide 7 - Quiz

Wat moesten de Israëlieten in hetzelfde bijbelverhaal doen om niet door de 10e plaag gestraft te worden?
A
Bidden, zingen bijbellezen
B
Lammeren eten (ritueel)
C
Lammerenbloed op de deur smeren
D
Ze hoefden niets te doen.

Slide 8 - Quiz

Welke hoort niet bij de 10 geboden?
A
Je zult niet stelen
B
Je zult geen overspel plegen
C
Je zult niet liegen
D
Je moet je naaste liefhebben als jezelf

Slide 9 - Quiz

De doelen van de 10 geboden zijn:
A
Zorgen dat iedereen doet wat God wil
B
Dat je dingen doet die van God moeten.
C
a) stoppen met zondigen, b) goed zijn voor je naaste en c) goed zijn voor jezelf
D
1) Je zonden leren kennen 2) Goed samenleven 3) Leven in dankbaarheid

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

lezen 
blz 6 

Slide 12 - Slide

Wat is een rechter in de Bijbel?

Slide 13 - Open question

lezen 
blz. 7 (Samuel)
uitleg

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Welke functie heeft Samuel niet gehad?
A
Koning
B
Priester
C
Profeet
D
Rechter

Slide 16 - Quiz

maken  opdracht 1(boek)
Lees de opdracht goed door en maak de vragen.

Slide 17 - Slide

Lees 1 Samuel 8:10-18
Welke nadelen van het koningschap noemt Samuel?

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Link

Slide 20 - Video

maken opdracht 2 en 3 
klaar?

lezen blz. 10

Slide 21 - Slide

Aan welke eisen stellen moet een koning van Israel niet voldoen?
A
Nederlandse nationaliteit hebben
B
geen leger opbouwen
C
geen grote hoeveelheid goud bezitten
D
Ontzag hebben voor God

Slide 22 - Quiz

Waaruit blijkt dat de Bijbelverhalen (='profetische geschiedschrijving') waarheidsgetrouw zijn?
A
ze zijn door profeten geschreven
B
ze geven de regels van God
C
ze gaan over het geloof van de leiders
D
ze laten ook fouten zien van de machthebbers

Slide 23 - Quiz

Bij profetische geschiedschrijving gaat het vooral om
A
de tekst
B
de personen
C
de afzender
D
de boodschap

Slide 24 - Quiz

lezen blz 10
maken opdracht 4(blz. 11)

Slide 25 - Slide