Mavo 4 §1.3 & 1.4

Hoofdstuk 1
Inkomen en welvaart






1.3 Wil je welvaart of welzijn?

1 / 38
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 1
Inkomen en welvaart






1.3 Wil je welvaart of welzijn?

Slide 1 - Slide

Vandaag leer je:
  1. Waarom we prioriteiten moeten stellen.
  2. Wat schaars betekent.
  3. Wat het verschil is tussen welzijn en welvaart.
  4. Wat indexcijfers zijn en hoe we er mee moeten rekenen.

Slide 2 - Slide

Kun jij alles kopen wat je wilt?

Slide 3 - Slide

 Tijd
Geld

Slide 4 - Slide

Prioriteiten stellen
Omdat we niet genoeg middelen hebben (tijd en geld) moeten we kiezen welke behoeften voorrang hebben. 

Slide 5 - Slide

!!! schaars !!!
Wat bedoelen we in de economie met schaars?
In de economie is een product schaars als er productiemiddelen moeten worden opgeofferd om de producten te maken

Slide 6 - Slide

!!! welzijn en welvaart !!!

Welvaart


Welzijn   
De mate je in je behoeften kunt voorzien
De kwaliteit van je leven. De mate waarin je je gelukkig voelt

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Voorbeeld 
Dit jaar verdien je € 2300 bruto per maand. 
Vorig jaar verdiende je € 2000 bruto per maand. 

Hoeveel procent is je salaris gestegen?

(Nieuw - oud) : oud x 100%

Slide 9 - Slide

Indexcijfer = nieuw getal : getal basisjaar x 100

Slide 10 - Slide

Indexcijfer berekenen
Indexcijfer = nieuw getal ÷ getal in het basisjaar x 100


Voorbeeld
  • In het basisjaar is de prijs van een spijkerbroek € 30. Vijf jaar    later is de prijs € 34.
  • Het nieuwe indexcijfer is € 34 ÷ € 30 x 100 = 113,3.

Slide 11 - Slide

§1.4 Help, de prijzen stijgen!
H1 Inkomen en welvaart

Slide 12 - Slide

§1.4 Help, de prijzen stijgen!
Theorie

Slide 13 - Slide

Lesdoelen
Je leert in deze paragraaf:
• wat oorzaken van inflatie zijn
• hoe je het cpi en de inflatie berekent
• wat gevolgen van inflatie zijn
• hoe lonen en prijzen elkaar beïnvloeden



Slide 14 - Slide

Koopkracht

Slide 15 - Slide

Oorzaken van inflatie

Slide 16 - Slide

Hoe hoog is de inflatie

Slide 17 - Slide

Cpi berekenen

Slide 18 - Slide

Cpi en inflatie berekenen

Slide 19 - Slide

Gevolgen van inflatie

Slide 20 - Slide

Formule

Slide 21 - Slide

Lonen en inflatie

Slide 22 - Slide

Vragen
Kan je de theorie toepassen?

Slide 23 - Slide

Het CPI ....
A
is consumenten- en producentenindex
B
is hetzelfde als inflatie
C
is hetzelfde als geldontwaarding
D
stijgt bij inflatie

Slide 24 - Quiz

Iemand krijgt nominaal 4,2% rente op zijn spaarrekening. De inflatie bedraagt 2,4%. Wat is zijn reële rendement?

Slide 25 - Open question

Aan het werk
Maken:

1.3
2, 3, 9, 11 en 12

1.4
2, 3, 4, 5, 9, 10 en 11

Slide 26 - Slide

Afsluiten

Slide 27 - Slide


Leerdoelen waren voor mij duidelijk.
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Kan je oorzaken van inflatie noemen?
Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 29 - Poll

Kan je het cpi en de inflatie berekenen.
Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 30 - Poll

Kan je uitleggen wat gevolgen van inflatie zijn
Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 31 - Poll

Kan je uitleggen hoe lonen en prijzen elkaar
beïnvloeden.
Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 32 - Poll

Extra uitleg
Kijk voor meer uitleg de volgende video's

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Video

Slide 36 - Slide

Vandaag hebben we geleerd:
  1. Waarom we prioriteiten moeten stellen.
  2. Wat schaars betekent.
  3. Wat het verschil is tussen welzijn en welvaart.
  4. Wat indexcijfers zijn en hoe we er mee moeten rekenen.

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide