John Stuart Mill 1806-1837
Ziet participatie als een middel tot het ontwikkelen van het individu. Vrijheid wordt niet bepaald door bescherming door wetten, vrijheid verkrijgt men juist door te kunnen deelnemen en het eigen belang kenbaar te kunnen maken. Vrijheid houdt wel op waar die van een ander begint. Dit te waarborgen is een cruciale taak van de overheid.
Hoe zorg je ervoor dat ook iedereen zijn stem kan laten horen en kan deelnemen? Door mensen de mogelijkheid te geven zich te ontwikkelen. Door mensen dezelfde kansen te geven. Vrijheid van meningsuiting is heel belangrijk voor het kunnen laten horen van je stem, voor het kunnen participeren. Maar als mensen nog niet genoeg ontwikkeld zijn moet het niet zo zijn dat zij net zoveel te zeggen hebben als ontwikkelde mensen. Dit zou gevaarlijk kunnen zijn, tirannie van de ‘domme’ meerderheid. Deze gedachte gaat terug op die van Plato. Misschien moeten meer ontwikkelde mensen meer stemmen krijgen? Vrouwen moeten ook de kans krijgen om zich te ontwikkelen, ook zij zouden hun stem moeten kunnen laten horen!
Vrijheid eindigt waar de vrijheid van de ander begint