H5.2 Radioactief verval

H5.2 
Radioactief verval
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H5.2 
Radioactief verval

Slide 1 - Slide

Aantekening: Straling altijd rechts
Massa getal voor is massagetal na
Atoomnummer voor is atoomnummer na
Hoogste getal boven

Staat in binas gamma dan moet dit erbij
Proton, neutron en elektron
Proton:
Neutron:
Elektron:

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Radioactief verval
Radioactief verval is het proces waarbij een instabiele atoomkern vanzelf verandert in een andere atoomkern. 

Er wordt dan een deeltje (straling) uitgezonden (α, β of γ).

Je kunt het verval beschrijven in een vervalreactie.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Eigenschappen van ioniserende straling.
Ioniserend vermogen:
  • Hoe goed kan de straling een elektron losmaken van een ander atoom? 

Doordringend vermogen:
  • Hoe makkelijk kan de straling doordringen in een stof. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

3 (of 4) soorten staling
α-straling: 
  • Bestaat uit helium Kernen
  • Hoog ioniserend vermogen
  • Laag doordringend vermogen. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

3 (of 4) soorten staling
β--straling:
  • Bestaat uit elektronen
  • Gemiddeld ioniserend vermogen
  • Gemiddeld doordringend vermogen

β+-straling:
  • Bestaat uit een positron 
  • Is verder identiek aan de andere bèta-straling. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

3 (of 4) soorten staling
γ-straling (en röntgen):
  • Elektromagnetische straling
  • Laag ioniserend vermogen
  • Hoog doordringend vermogen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Doordringend vermogen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Alfa straling is een ......
A
Waterstofkern
B
Koolstofkern
C
Heliumkern
D
Zuurstofkern

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Welke straling bestaat uit een elektron?
A
Alfa
B
Béta
C
Gamma
D
Röntgen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Welke straling is het moeilijkst tegen te houden?
A
Alfa
B
Béta
C
Gamma
D
Röntgen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Radioactief verval
Moederkern
Dochterkern

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

De drie soorten straling

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

β-straling
  • β-straling bestaat uit een elektron. 

  • In de kern zitten geen elektronen. 

  • Een neutron valt eerst uit elkaar in een proton en een elektron.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Bi-213 zendt α-straling uit.
Wat wordt de dochterkern?
A
Tl-210
B
Tl-209
C
Pb-210
D
Pb-209

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Vervalreeks
De kernen blijven vervallen tot er een stabiele kern ontstaat. 

BiNaS tabel 25A

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

BiNaS
In BiNaS kan je vinden of isotopen stabiel of instabiel zijn.

Je ziet ook welke straling er vrij komt. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Oefening vervalreeks
Geef de vervalreeks van Pb-212.

Gebruik hierbij BiNaS Tabel 25A.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Activiteit
Sommige instabiele atoomkernen vervallen snel, andere langzaam. 

Het tempo wordt aangegeven met de grootheid Activiteit A.

De eenheid van activiteit is Becquerel (Bq). Dit geeft aan hoeveel atoomkernen er per seconde vervallen 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Maak opgave: 13, 14 en 15 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions