Hoofdstuk 6 paragraaf 1 Een Wereldeconomie

H6 Regenten en Vorsten


6.1 Een wereldeconomie
1 / 27
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H6 Regenten en Vorsten


6.1 Een wereldeconomie

Slide 1 - Slide

Doelen voor deze les: 
• Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: ‘Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.’
• Je kan uitleggen hoe het handelskapitalisme opkwam.
• Je kan uitleggen hoe de VOC een handelsnetwerk opbouwde.
• Je kan uitleggen hoe een wereldeconomie ontstond.
• Je kan het verschil tussen handelskapitalisme en kapitalisme uitleggen.
• Je kan uitleggen wat kapitalisme en onderneming met elkaar te maken hebben.
• Je kan uitleggen hoe de VOC werd opgericht.
• Je kan uitleggen waar de VOC een monopolie in had.
• Je kan de Britse tegenhanger van de VOC benoemen.
• Je kan uitleggen waar de VOC een grondlegger in was.
• Je kan uitleggen wat voor bestuurders de VOC aanstelde in hun handelsgebieden.
• Je kan uitleggen wie de voornaamste concurrenten van de VOC waren.

• Je kan uitleggen welke handelsgoederen de VOC voornamelijk geïnteresseerd in was.
• Je kan uitleggen wat het gevolg was voor de plaatselijke bevolking door de handel is deze handelsgoederen.
• Je kan uitleggen Jan Pieterszoon Coen was en waarom hij belangrijk was voor de VOC.
• Je kan uitleggen waarom de VOC een multinationals was.
• Je kan uitleggen hoe uitgebreid het handelsnetwerk van de VOC was.
• Je kan het verschil in handelsgoederen uitleggen in de 17de eeuw en de 18de eeuw.
• Je kan uitleggen waardoor er een wereldeconomie ontstond.
• Je kan uitleggen in welk gebied de WIC actief was.
• Je kan uitleggen in welke handelsgoederen de WIC geïnteresseerd was.

Slide 2 - Slide

Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: ‘Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.’

Slide 3 - Open question

Leg in je eigen woorden uit wat handelskapitalisme is.

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

Handelskapitalisme
Ontstaan kapitalisme: Een economisch systeem waarbij personen geld in een onderneming investeren om winst te maken. 

De productiemiddelen waren privé bezit. 


Slide 6 - Slide

Handelskapitalisme
Handelskapitalisme: 

Kapitalisme waarbij handelaren een leidende rol hebben.


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Handelskapitalisme


Voor reizen over de oceanen was veel kapitaal nodig. 

Daarom gingen rijke kooplieden samen werken. 

Nederlandse compagnieën richtte in 1600 de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) op. 

De VOC kreeg het monopolie  om als enige Nederlandse onderneming in Azië handel te drijven. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Handelskapitalisme: 
De VOC mocht ook: 
  1. Verdragen afsluiten met vorsten. 
  2. Oorlog voeren. 
  3. Gebieden besturen. 

Engels voorbeeld van de VOC is de East India Company

Slide 11 - Slide

Handelskapitalisme
De VOC was het eerste bedrijf waar aandelen verkocht werden. 

DE VOC was ook het eerste bedrijf ter wereld waarbij aandeelhouders hun geld in de onderneming lieten zitten. 

Bij de VOC hadden de aandeelhouders niet de leiding. De VOC werd bestuurd door bestuurders (HEREN XVII)

In Azië  stelden zij een gouverneur-generaal aan als hoogste bestuurder. 

Slide 12 - Slide

Handelsnetwerk van de VOC
De VOC was in Indië vooral geïnteresseerd in specerijen zoals:
  1. Peper
  2. Kaneel
  3. Kruidnagels
  4. Muskaatnoten. 

Slide 13 - Slide

Het Handelsnetwerk van de VOC
Kruidnagel en Muskaatnoten groeide alleen op de Molukken. 

Het lukte de VOC om de Portugezen, Spanjaarden en Engelsen te verjagen. 

Uiteindelijk dwong de VOC de Molukkers alleen aan de VOC te verkopen. 

Wie dat niet deed werd vermoord, uitgehongerd of als slaaf weggevoerd. 

Slide 14 - Slide

Handelsnetwerk van de VOC
Jan Pieterszoon Coen:
Zwarte Bladzijde: Gaf het bevel tot uitroeiing van de Bandanezen die het monopolie wilde doorbreken. 

Gaf opdracht tot het oprichten van een nieuw hoofdkwartier van VOC in Azië op Java genaamd Batavia (Jakarta).  

Slide 15 - Slide

Leg uit waarom de VOC zeer succesvol was.

Slide 16 - Open question

Het handelsnetwerk van de VOC
VOC was een echte multinational omdat: Zij bouwde factorijen Azië en het Midden-Oosten. 

Bijvoorbeeld: 
  1. Met zilver kochten zij zijde  in bijvoorbeeld China. 
  2. Dit ruilde zij in voor Specerijen in de Molukken. 
  3. Dit werd in Nederland weer verkocht voor zilver. 

Slide 17 - Slide

Handelsnetwerk van de VOC
In de 17de eeuw verdiende de VOC het meest aan 
  1. Specerijen.
  2. Zijde
  3. Katoen. 
In de 18de eeuw werd dit: 
  1. Thee
  2. Koffie. 

Slide 18 - Slide

Leg het verband uit tussen de ontstaan van de wereldeconomie en de wereldwijde handelscontacten.

Slide 19 - Open question

Het begin van een wereldeconomie
Door de wereldwijde handelscontacten van het handelskapitalistische compagnieën ontstond er een wereldeconomie. 

Gebieden raakte de wereld meer met elkaar verbonden door de handelscontacten. 

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Leg de belangrijkste verschillen uit tussen de VOC en de WIC.

Slide 22 - Open question

Het begin van een wereldeconomie
Voor de handel rond de Atlantische Oceaan werd de West-Indische Compagnie (WIC) opgericht. 

De WIC had factorijen aan de kusten van: 
  1. West-Afrika
  2. Amerika

De WIC was niet zo groot als de VOC. 


Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Het begin van een wereldeconomie
Rond de Atlantische Oceaan waren vooral de Spanjaarden, Portugezen, Engelsen en Fransen actief. 

Zij stichtte vooral plantages waarop suiker, tabak en koffie werd verbouwd. 

Dit verkochten zij in Europa en van het geld kochten zij producten. 

Dit verkochten zij in Afrika en kochten daar slaven voor. 




Slide 25 - Slide

Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: ‘Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.’

Slide 26 - Open question

Huiswerk: Maken 6.1. 
  • Maken paragraaf 6.1. 
  • Leren leerdoelen 6.1.  

Slide 27 - Slide