Lezen Les 57: Signaalwoorden (2)

Welkom 1C!
Pak je leesboek er vast bij. 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom 1C!
Pak je leesboek er vast bij. 

Slide 1 - Slide

Deze les...
- Stil lezen
- Doelen doornemen
- Herhaling tekstverbanden en signaalwoorden
- Opdr. 1 t/m 4 bespreken
- Opdr. 5 t/m 9 maken, nakijken en verbeteren

Slide 2 - Slide

Stil lezen
Pak je boek
en ga
lekker lezen.

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
- Ik weet welke tekstverbanden er zijn en welke signaalwoorden daarbij horen.
- Ik kan tekstverbanden herkennen aan de hand van de gebruikte signaalwoorden.

Slide 4 - Slide

Tekstverbanden en signaalwoorden
- Opsommend verband:                         en, ook, ten eerste, ten tweede, verder ...
- Tegenstellend verband:                       maar, daarentegen, toch, echter, terwijl ...
- Chronologisch verband (tijd):           nu, vroeger, toen, morgen, vorige week ...
- Oorzaak-gevolgverband:                     daardoor, zodat, want, omdat, daarom ...
- Doel-middelverband:                            om ... te, waarmee, door middel van, door ...
- Toelichtend verband (voorbeeld):   zoals, neem nou, denk aan, bijvoorbeeld ...
- Verduidelijkend verband:                    dit betekent, dit houdt in, dat wil zeggen ...
- Concluderend verband:                       al met al, kortom, concluderend, dus ...
- Voorwaardelijk verband:                     als, wanneer, tenzij, mits, indien

Slide 5 - Slide

Tekstverbanden en signaalwoorden
Kun je de tekstverbanden in de volgende zinnen benoemen?
En kun je de signaalwoorden aanwijzen?

Slide 6 - Slide

Rowena had erg goed geleerd voor haar repetitie Engels. Toch haalde ze een onvoldoende.
A
opsommend verband
B
tegenstellend verband
C
chronologisch verband (tijd)
D
oorzaak-gevolgverband

Slide 7 - Quiz

Door middel van extra opdrachten probeert de docent Engels zijn leerlingen de stof bij te brengen.
A
concluderend verband
B
doel-middelverband
C
toelichtend verband (voorbeeld)
D
voorwaardelijk verband

Slide 8 - Quiz

Boyd heeft veel hobby's. Ten eerste doet hij aan atletiek. Ook is hij gek op bakken. Daarnaast gamet hij graag.
A
opsommend verband
B
tegenstellend verband
C
chronologisch verband (tijd)
D
oorzaak-gevolgverband

Slide 9 - Quiz

Mark is gek op gebakken vis als kibbeling en lekkerbekjes.
A
concluderend verband
B
doel-middelverband
C
toelichtend verband (voorbeeld)
D
voorwaardelijk verband

Slide 10 - Quiz

Vorige week heeft Yvanna een supergezellig slaapfeestje gegeven.
A
opsommend verband
B
tegenstellend verband
C
chronologisch verband (tijd)
D
oorzaak-gevolgverband

Slide 11 - Quiz

Je krijgt een medaille, mits je alle etappes van de avondvierdaagse uitloopt.
A
concluderend verband
B
doel-middelverband
C
toelichtend verband (voorbeeld)
D
voorwaardelijk verband

Slide 12 - Quiz

Ik kan de tekstverbanden en signaalwoorden herkennen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Les 57, opdr. 1 t/m 4, blz. 118-119
Welke vragen heb je over de opdrachten?
Kon je de juiste tekstverbanden en signaalwoorden benoemen?

Slide 14 - Slide

Les 57, opdr. 5 t/m 9, blz. 118-119
- Lees de opdrachten goed door.
- Noteer de antwoorden in je schrift.
- Gebruik het overzicht van tekstverbanden en signaalwoorden
   op blz. 118.
- Stel vragen als je iets lastig vindt.
- Kijk de opdrachten goed na.

- Snel klaar? Ga stil lezen.

Slide 15 - Slide

Huiswerk voor
 dinsdag 20 juni, 4e uur

- MNV Les 57, opdr. 1 t/m 9, blz. 118-119.

Slide 16 - Slide