This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Voca
Slide 1 - Slide
Wat leren we vandaag?
Prépositions pays
Slide 2 - Slide
Prépositions pays/villes
In het Frans staat er voor een land of stad altijd een lidwoord. Als je wilt zeggen dat je in een land bent of naar een land gaat, verandert het lidwoord in een voorzetsel:
au > m. landen
en > f. landen
aux > pl. landen
à > steden
Slide 3 - Slide
Welke voorzetsels gebruiken we voor voor welke landen?
Slide 4 - Open question
Welke voorzetsels gebruiken we voor steden en dorpen?