Les 3, grammaire D de ontkenning (22-05)


Pak je leesboek, werkboek en etui

Ga 5 minuten gefocust vocabulaire A+B leren! (Zometeen een korte overhoring)


Aujourd'hui c'est mardi!             Fijn dat je er weer bent!
1 / 25
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson


Pak je leesboek, werkboek en etui

Ga 5 minuten gefocust vocabulaire A+B leren! (Zometeen een korte overhoring)


Aujourd'hui c'est mardi!             Fijn dat je er weer bent!

Slide 1 - Slide

Overhoring vocabulaire A+B
Wat? Open je aantekeningenschrift 

Slide 2 - Slide

Vertaal (FR-NL)
1. L'ordinateur
2. Malade
3. Penser
4. Toujours
5. Le lit


Vertaal (NL-FR)
1. Vanochtend
2. Blijven
3. Het huis
4. Zonder
5. Aan het begin

Slide 3 - Slide

Pak een nakijkpen 
(rood / groen) en kijk je werk na.
Hoe heb je het gemaakt?

Slide 4 - Slide

Vertaal (FR-NL)
1. De computer
2. Ziek
3. Denken
4. Nog steeds, altijd
5. Het bed


Vertaal (NL-FR)
1. Ce matin
2. Rester
3. La maison
4. Sans
5. Au début

Slide 5 - Slide

Hoe ging dit?
- Hoeveel van de 16 woorden had je goed?

Slide 6 - Slide

Le programme:
- Overhoring vocabulaire A+B
- Grammaire D (de ontkenning)

Slide 7 - Slide

Les buts (leerdoelen):
- Aan het einde van de les kun je de ontkenning gebruiken
- Aan het einde van de les kun je iets schrijven over jezelf


Slide 8 - Slide

Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?

Slide 9 - Slide

Grammaire D
De ontkenning
Je ne parle pas espagnol
Je ne suis plus malade

Slide 10 - Slide


Als weet wat 'Je parle français' betekent, wat zou dan 'je ne parle pas français' betekenen? 
Als weet wat 'Nous habitons à Paris' betekent, wat zou dan 'nous n'habitons pas  à Paris' betekenen?


Slide 11 - Slide

Uitlegvideo 
Online methode > Grammaire D

Slide 12 - Slide

Korte aantekening
Pak je aantekeningenschrift en schrijf mee

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Quiz
Koppel je laptop met de LessonUp!

Slide 15 - Slide

In welke zin staat een juiste ontkenning?
A
Je n'aime l'école
B
Je n'aime pas la musique
C
Je ne aime pas le fromage
D
J'aime pas cette maison

Slide 16 - Quiz

Welke zin is juist?
A
'Ne' staat voor de persoonsvorm en 'pas' erachter
B
De ontkenning bestaat uit 1 deel
C
Ne ... plus betekent nog niet
D
'Ne' en 'pas' staan achter elkaar in de zin

Slide 17 - Quiz

Maak ontkennend met 'ne pas'
nous sommes à Amsterdam

Slide 18 - Open question

Maak ontkennend met 'ne plus'
le prof parle anglais

Slide 19 - Open question

Maak ontkennend met 'ne pas'
c'est un fromage super

Slide 20 - Open question

Maak ontkennend met 'ne pas'
il y a un restaurant

Slide 21 - Open question

Il y a des questions?

Slide 22 - Slide

Au travail:
Quoi (wat)? Fais exercice 16BC, 17ABC en 18 = huiswerk
Comment (hoe)? Maak de exercices serieus
Prêt (klaar)? Apprends phrases-clés C Slim stampen (gebruik oortjes en beluister de uitspraak van de vocabulaire!)
Aide (hulp)? Steek je vinger op als je vragen hebt of vraag je buurman / buurvrouw
A2A / G2A

Slide 23 - Slide

Au travail:
Quoi (wat)? Fais exercice 16BC, 17ABC en 18 = huiswerk
Comment (hoe)? Maak de exercices serieus en alleen
Prêt (klaar)? Apprends phrases-clés C Slim stampen (gebruik oortjes en beluister de uitspraak van de vocabulaire!)
Aide (hulp)? Steek je vinger op als je vragen hebt.
H2A

Slide 24 - Slide

Les devoirs (huiswerk):
- Leren phrases-clés C + aantekening grammaire D
- (Af)maken exercice 16BC, 17ABC en 18 
(volgende les bespreken)

Slide 25 - Slide