KAAS - DANKWOORD EN INLEIDING

OPDRACHT, INLEIDING EN PERSONAGELIJST
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecondary Education

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

OPDRACHT, INLEIDING EN PERSONAGELIJST

Slide 1 - Slide

Stel dat jij een boek schrijft. Wie zou jij bedanken en waarom?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Slide

“Aan Jan Greshoff”


'Ik luister zwijgend naar die stem
die hijgt en hees is, maar vol klem,
die in mineur zingt bij ’t verwensen
van ’t alledaagse in mensen.

Ik volg de hoeken van die mond,
een kwalijk toegegroeide wond
die alles uitdrukt, als hij lacht,
wat hij zo fel in woorden bracht.


Hij heeft een vrouw en kroost en vrinden,
hij heeft een hele hoop beminden
waar hij plezier aan heeft als geen.
Toch staat Jan Greshoff heel alleen.

Hij zoekt en kijkt, hij hoopt en wacht
van d’ ene nacht tot d’ andere nacht.
Hij hoort iets en komt overeind:
Hij wacht in Brussel op zijn eind.

Vooruit Janlief, hanteer de riem,
en geef die rotzooi striem op riem!
Vaag al dat vee van uwe baan
zo lang uw hart nog mee wil gaan.'





Slide 4 - Slide

Luister naar deze drie geluiden

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Kunnen deze geluiden spanning opbouwn?
ja
ik weet het niet
nee

Slide 8 - Poll

De eerste gongslag moet de lezer verrassen zonder hem echt te laten schrikken. Daarna volgt de tweede gongslag, die de eerste bevestigt en versterkt. Vervolgens komen er nog een paar gongslagen met tussenpozen. Uiteindelijk beseft de lezer dat het niet alleen om de slagen gaat, maar ook om de stilte ertussen. Deze stiltes zijn net zo belangrijk omdat ze spanning en verwachting opbouwen. Ten slotte komt dé slag, het slotakkoord, dat alle verwachtingen inlost. Dit slotakkoord moet de schrijver altijd in gedachten houden en alle details in het verhaal moeten hieraan bijdragen.

Slide 9 - Slide

Lees de INLEIDING (p. 7-14)
timer
6:00

Slide 10 - Slide

De inleiding gaat vooral over
A
inhoud (VENT)
B
stijl (VORM)

Slide 11 - Quiz

Hoe bouwt Elsschot volgens deze inleiding spanning op in een verhaal?

Slide 12 - Slide

Wat heeft het weer met stijl te maken?
Bespreek hoe Elsschot stijl vergelijkt met een storm die opbouwt en plotseling losbarst.

Slide 13 - Slide

Hebben jullie liever dat een leraar een specifiek onderwerp geeft, of schrijven jullie liever over iets wat je zelf kiest?
leraar bepaalt
leerling kiest zelf
ik weet het niet

Slide 14 - Poll

Waaraan geeft Elsschot de voorkeur? En waarom?
leraar bepaalt
leerling kiest zelf
ik weet het niet

Slide 15 - Poll

LIJST VAN PERSONAGES
Is Kaas een toneelstuk? 

Slide 16 - Slide

Wat is het effect van zijn lijst ELEMENTEN?

Slide 17 - Mind map

LEES hoofdstuk 1-8 (tot p. 64)
MAANDAG 10 FEBRUARI!

Slide 18 - Slide