What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Klas 2 , passé composé met avoir en être
Bonjour!
1 / 23
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Bonjour!
Slide 1 - Slide
Passé composé
Présent
j'ai mangé
il parle
Ils ont acheté
je téléphone
vous avez dansé
nous écoutons
vous regardez
Tamara a marché
nous avons trouvé
on cherche
Elisa rencontre
tu as raconté
Slide 2 - Drag question
Hoe maak je de passé composé ook al weer?
Slide 3 - Mind map
Zet het werkwoord chanter in de PC. Tu-vorm.
Slide 4 - Mind map
Let op!
De volgende voltooid deelwoorden moet je uit je hoofd leren:
Je hulpwerkwoord blijft wel avoir. Bijv:
Ik heb
een cadeau
gehad
=
J'ai eu
un cadeau.
avoir = eu
être = été
faire = fait
pouvoir = pu
prendre = nemen
Slide 5 - Slide
Hoeveel werkwoorden heb je ALTIJD nodig bij het maken van een passé composé?
A
een
B
twee
C
drie
D
vier
Slide 6 - Quiz
PC met hulpww
AVOIR
Slide 7 - Slide
Je dansé.
A
Goed
B
Fout
Slide 8 - Quiz
Waarom is: je dansé fout?
Wat ontbreekt er?
Slide 9 - Open question
Elle_________ (danser) avec sa soeur.
A
dansé
B
a dansé
C
avez danser
D
ai dansé
Slide 10 - Quiz
Welke is juist?
A
Paula est dansé
B
Paula a dansé
C
Paula est dansée
D
Paula a dansée
Slide 11 - Quiz
Hij heeft gepraat
A
Il a parlé
B
Ils ont parlé
C
Elle a parlé
D
Nous avons parlé
Slide 12 - Quiz
J'ai parlé.
A
Goed
B
Fout
Slide 13 - Quiz
Tu (écouter) in de passé composé:
A
as écouté
B
a écouté
C
ont écouté
D
e écouté
Slide 14 - Quiz
Deze werkwoorden hebben
être
als hulpww in de PC.
Slide 15 - Slide
Vertaal: ik ben vertrokken.
A
je suis parti
B
tu es parti
C
j'ai parti
D
il a parti
Slide 16 - Quiz
Vertaal: zij is gegaan (aller)
Slide 17 - Open question
Kies de juiste vorm.
(sortir = uitgaan) Je...
A
J'ai sorti
B
Je suis sorti
C
Je sortis
D
Je sortissent
Slide 18 - Quiz
Kies de juiste vorm.
A
Je suis tombé.
B
J'ai tombé.
C
J'est tombé.
D
J'ai tombé.
Slide 19 - Quiz
Mon père ... (tomber = vallen).
A
tombé
B
a tombé
C
est tombé
D
est tombés
Slide 20 - Quiz
Vertaal: wij zijn gegaan. (gaan = aller)
Slide 21 - Open question
Vertaal: mijn vriendinnen zijn aangekomen (= arriver)
Slide 22 - Open question
Passé composé...
Moeilijk
Ik begin het te begrijpen!
Veel info, maar goed te doen.
Makkie!
Slide 23 - Poll
More lessons like this
Klas 2 , passé composé met avoir en être
April 2023
- Lesson with
33 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
PC met hulpww avoir en être
September 2024
- Lesson with
12 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
PC met hulpww avoir en être
September 2024
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
PC met hulpww avoir en être
September 2024
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Klas 2 , passé composé met avoir en être
November 2022
- Lesson with
29 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
PC met hulpww avoir en être
April 2024
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
PC met hulpww avoir en être
January 2024
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Klas 2 , passé composé met avoir en être
October 2022
- Lesson with
35 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2