Vraag en Aanbod les 1: vraaglijnen

Hamsteren!
1 / 30
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hamsteren!

Slide 1 - Slide

Je kunt ...(1)... voor een paar sportschoenen bepalen
door ...(2)... te verminderen met
...(3)...
de marktprijs
de betalingsbereidheid
het consumentensurplus

Slide 2 - Drag question

Ik kan het consumentensurplus berekenen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Poll

Hoeveel is het totale consumentensurplus in Euro's?
A
6.000
B
2.000
C
12.000
D
4.000

Slide 4 - Quiz

Wat is het consumentensurplus bij p = € 0,40?
A
0,10
B
0,50
C
1
D
4,50

Slide 5 - Quiz

Van alle tijden en overal...

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Is een supermarkt een abstracte of een concrete markt? Leg uit.

Slide 8 - Open question

Welke factoren beïnvloeden de vraag naar een product? Noem er minimaal drie.

Slide 9 - Open question

Veranderingen in de vraag

1) als de prijs verandert

2) als iets anders dan de prijs verandert

Slide 10 - Slide

1) Verschuiven over/langs de lijn
De prijs verandert.
De prijs staat in de figuur op de y-as.
Dus lees je af langs de lijn.

Slide 11 - Slide

2) Verschuiven van de lijn
De prijs verandert niet.
Bij elke prijs is er een andere vraag.
Dus verschuift de lijn.

Onthoud: 
verandert iets anders dan P,
dan verschuift de lijn.

Slide 12 - Slide

2) Verschuiven van de lijn
Hier bij elke prijs meer vraag, door
bijvoorbeeld:
- meer inwoners
- voorkeuren veranderen (reclame, 
   'influencers', smaak, mode)
- meer inkomen
- prijsstijging andere merken

Slide 13 - Slide

2) Verschuiven van de lijn
Hier bij elke prijs meer vraag
P1: vraag gaat van q1 naar q2
P2: vraag gaat van q3 naar q4
enzovoorts. 

De vraaglijn verschuift evenwijdig.

Slide 14 - Slide

Het inkomen van de vragers is gestegen.
Het aantal vragers neemt af.
De prijs van het product zelf is gedaald.
De prijs van ZARA T-shirts is gedaald. 
De vraaglijn van H&M T-shirts verschuift naar links. Welke oorzaken kan dit hebben? Sleep alle mogelijke oorzaken naar dit vak.

Slide 15 - Drag question

Van individueel naar collectief

De vraag van één persoon (hoeveel broodjes wil jij bij elke prijs in de kantine) = individueel

opgeteld bij de vraag van alle andere individuen
= de collectieve vraag

Slide 16 - Slide

Collectieve vraaglijn
Optelsom van twee (of meer) individuele vraaglijnen.
Hoe?

Slide 17 - Slide

Optelsom van twee (of meer) individuele vraaglijnen.
Hoe?
Stap 1 (klik hier)
Vind de laagste maximale betalingsbereidheid van de twee vraaglijnen.
Hier is dat 80 euro (Sanne).
Trek deze lijn in gedachten door naar de gezamenlijke / collectieve vraaglijn. 
Bedenk dat alleen Ilse vraag uitoefent boven 80 euro. 
Stap 2 (klik hier)
Teken de individuele vraaglijn van Ilse / de persoon met de hoogste betalingsbereidheid over in de collectieve vraaglijn.
Alleen het stuk vanaf P = 80!
Stap 3 (klik hier)
Vind de maximale vraag van de beide personen (als de prijs 0 is).
Hier 6 en 5.
Tel die op en markeer de gezamenlijke maximale vraag op de Q-as van de collectieve vraag.
Stap 4 (klik hier)
Teken het tweede deel van de collectieve vraaglijn, hier van Q = 2 en P = 80 tot Q = 11 en P = 0.
Merk op dat er een knik in de lijn zit bij P = 80.

Slide 18 - Slide

Collectieve vraaglijn
Maak nu opgave 2.8 (5 min).
Hierna vraag ik je mogelijk om een foto van je lesbrief te delen.

Slide 19 - Slide

Gekozen leerling:
Maak een foto van je uitwerking van 2.8

Slide 20 - Open question

De collectieve vraag wordt door dezelfde factoren
bepaald als de individuele vraag.

Bij de collectieve vraag komt er nog een factor bij. Welke?

Slide 21 - Open question

Wat gebeurt er met de collectieve vraaglijn
als het aantal kopers daalt?
A
Er vindt een verschuiving over de vraaglijn plaats
B
De vraaglijn verschuift naar links
C
De vraaglijn verschuift naar rechts

Slide 22 - Quiz

Wat gebeurt er met de collectieve vraaglijn
als het aantal kopers daalt?
Licht het antwoord (verschuiving naar links) toe.

Slide 23 - Open question


Wat gebeurt hier?
A
Het aantal vragers neemt toe en daarom ook de afzet.
B
Het inkomen neemt toe en daarom ook de afzet.
C
Easyblue wordt populairder en daarom stijgt de afzet.
D
De prijs daalt en daarom stijgt de afzet.

Slide 24 - Quiz

Waarom verandert de vraag naar Pepsi Cola?
A
Het inkomen stijgt.
B
Het aantal vragers stijgt.
C
Pepsi-Cola wordt goedkoper.
D
Coca-Cola wordt duurder.

Slide 25 - Quiz

Wat gebeurt er bij hamsteren?
A
De vraaglijn verschuift naar rechts en er ontstaat een (zeer tijdelijk) vraagoverschot
B
De vraaglijn verschuift naar links en er ontstaat een (zeer tijdelijk) vraagoverschot
C
De vraaglijn verschuift naar links en er ontstaat een (zeer tijdelijk) aanbodoverschot
D
De vraaglijn verschuift naar rechts en er ontstaat een (zeer tijdelijk) aanbodoverschot

Slide 26 - Quiz

Extra uitleg?
Bekijk de volgende video.

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Nog meer uitleg?
Bekijk de volgende video.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video