09-Chapitre 1 - terugblik - H (regelmatige werkwoorden op -re)

qu'est-ce qu'on va faire?
  • bron H regelmatige werkwoorden op -re
  • dit kun je doen ter voorbereiding repetitie
🍀
mardi 24 octobre
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

qu'est-ce qu'on va faire?
  • bron H regelmatige werkwoorden op -re
  • dit kun je doen ter voorbereiding repetitie
🍀
mardi 24 octobre

Slide 1 - Slide

Grammaire et écrire - page 46
👉🏻 BUTS:

je kunt regelmatige werkwoorden op -re
gebruiken in de présent en in de passé composé

Slide 2 - Slide

Ezelsbrug -> ww -er (présent)
een  eskster  eet  ons  ezeltje  enthousiast
je
tu
il
elle
on
nous
vous
ils
elles

Slide 3 - Slide

Ezelsbrug -> ww -re ??
je
tu
il
elle
on
nous
vous
ils
elles
Simon  spietst       ons  ezeltje  enthousiast

Slide 4 - Slide

zet in de passé composé
tu (regarder)
p.composé -> avoir + é
Regelmatig op -er
Regelmatig         op -re
avoir
être
faire
-er wordt é
  -re wordt u
eu
été
fait

Slide 5 - Open question

zet in de passé composé
elle (avoir)
Regelmatig op -er
Regelmatig         op -re
avoir
être
faire
-er wordt é
  -re wordt u
eu
été
fait

Slide 6 - Open question

zet in de passé composé
nous (être)
Regelmatig op -er
Regelmatig         op -re
avoir
être
faire
-er wordt é
  -re wordt u
eu
été
fait

Slide 7 - Open question

zet in de passé composé
vous (fait)
Regelmatig op -er
Regelmatig         op -re
avoir
être
faire
-er wordt é
  -re wordt u
eu
été
fait

Slide 8 - Open question

zet in de passé composé
ils (vendre)
Regelmatig op -er
Regelmatig         op -re
avoir
être
faire
-er wordt é
  -re wordt u
eu
été
fait

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

weektaak

Slide 12 - Slide

Wat kun je verder nog doen?
  • Maak de bilan chapitre 1
  • Maak extra opdrachten 'le pont' (chapitre 4) - pagina 131- 136
  • Een gesprekje voeren met de zinnen
  • Een verhaal schrijven (45/50 woorden) over jouw beste vriend(in), hoe je hem/haar hebt ontmoet, wat je leuk vindt om te doen samen, waarom het jouw beste vriend(in) is, hoe vaak jullie elkaar zien...
  • Zelf opdrachten verzinnen over de grammatica
  • De vocabulaire oefenen in SlimStampen
  • Controleer al jouw gemaakte opgaven met het V1 Antwoorden GL chapitre 0 en 1 (in de bijlage)

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide