What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H3G - methonymie 2
WELKOM
1 / 23
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
80 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
WELKOM
Slide 1 - Slide
lesinhoud
- voorbeelden beeldspraak
- verschillende vormen metonymie
- verschil vergelijking, metafoor en metonymie
- aan de slag met de opdrachten
- klassikaal betekenis woorden bespreken
Slide 2 - Slide
Vind je het moeilijk om beeldspraak te herkennen?
Laat je antwoord weten in de chat!
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Leerdoel 1:
-Je kunt verschillende vormen van metonymie herkennen, begrijpen en gebruiken.
Slide 6 - Slide
Woordenschat
Bespreek de woorden van opdracht 3.
Kies welke twee woorden jullie het moeilijkst vinden en laat het weten in de chat.
Slide 7 - Slide
eigenschap - persoon
'De kleine haalde een goed cijfer voor de toets'.
Je noemt
eigenschap
(klein) maar je bedoelt een
persoon
(bijv. Jarco van 1,50 m).
Slide 8 - Slide
'Ik drink nog even een glaasje'.
A
deel-geheel
B
eigenschap-persoon
C
materiaal-voorwerp
D
voorwerp-inhoud
Slide 9 - Quiz
voorwerp - inhoud
Slide 10 - Slide
'Even de koppen tellen'
Welke vorm van methonymie is dit?
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
geheel - deel
'JFC doet mee aan tv-programma...'
Je noemt
geheel
(JFC) maar je bedoelt een
deel
(groepje leerlingen van het JFC).
Slide 13 - Slide
Voor de Elfstedentocht heeft hij de ijzers aangetrokken.
A
geheel-deel
B
deel-geheel
C
materiaal-voorwerp
D
product-product
Slide 14 - Quiz
materiaal - voorwerp
Slide 15 - Slide
vergelijking - metafoor - metonymie
Slide 16 - Slide
vergelijking
De jongen werd zo rood als een tomaat.
Bij een vergelijking worden het
object
(de jongen)
en het
beeld
(een tomaat)
beiden
genoemd.
Slide 17 - Slide
metafoor
Bij en metafoor vallen
object
en
beeld
samen.
Het
beeld
vervangt het
object.
'Die tomaat heeft vast veel gesport'.
Slide 18 - Slide
metonymie
Bij methonymie is er een verband tussen object en beeld, maar object en beeld worden niet met elkaar vergeleken!
'Geef mij de Heinz is even aan'.
Slide 19 - Slide
vergelijking - metafoor - metonymie
- 'De jongen werd zo rood als een tomaat'.
- 'Die tomaat heeft vast veel gesport'.
- 'Geef mij de Heinz is even aan'.
Slide 20 - Slide
Leerdoel 2:
-Je kent de woorden uit de paragraaf.
Slide 21 - Slide
Wat is het verschil tussen vergelijking, metafoor en metonymie?
Slide 22 - Slide
Huiswerk
Maken: je leerlijn van H3 Woordenschat
Slide 23 - Slide
More lessons like this
Hoofdstuk 3 - Woordenschat - Metonymie
February 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
*Woordenschat H2, vwo 2
January 2021
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Woordenschat h3 beeldspraak vergelijk, metafoor en metoniem
August 2023
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Woordenschat h3 beeldspraak vergelijk, metafoor en metoniem
March 2024
- Lesson with
51 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Beeldspraak vergelijking metafoor personificatie metonymie
February 2021
- Lesson with
39 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Beeldspraak - vergelijking, metafoor, personificatie, metonymie
April 2021
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Metonymie (Nieuw Nederlands Havo 3, H3 woordenschat)
December 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Metonymie (Nieuw Nederlands Havo 3, H3 woordenschat)
March 2024
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3