What to study for the test
Grammar: (p.51)
- Quantifiers (p. 27) (some, any, a lot, a few, much, many etc.)
- Future tenses (p. 43) (including negations, ontkennend and questions vragend)
Vocabulary (p.48-49) (leer de betekenis van woorden, niet alleen de vertaling)
Reading comprehension (lees de vragen goed en zorg dat je de hele vraag beantwoord)