3.3 SPANNINGSBRONNEN

3.3 Spanningsbronnen
1 / 30
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.3 Spanningsbronnen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat spanning is en hoe je spanning meet.
  • Je kunt de spanning berekenen als je batterijen in serie schakelt.
  • Je weet voor welke spanning de meeste huishoudelijke apparaten zijn ontworpen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Voorbeelden van spanningsbronnen
- Batterij
- Accu
- Zonnepaneel
- dynamo

Slide 4 - Slide

Verschillende Spanningsbronnen
Verschillende spanningsbronnen

Slide 5 - Slide

Andere spanningsbronnen

Slide 6 - Slide

Soorten spanningsbronnen
Hoe werken die spanningsbronnen?

  • Batterij en accu;  chemische energie --> elektrische energie
  • Dynamo, turbine en generator; bewegings energie --> elektrische energie

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Voltmeter
  • Spanning meet je met een spanningsmeter. 
  • Een andere naam voor spanningsmeter is voltmeter.
  • Eenheid van spanning: volt (V)

Slide 9 - Slide

voltmeter

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Maak opdrachten paragraaf 2   1t/m7
timer
10:00

Slide 17 - Slide

Waaruit bestaat een gesloten stroomkring?
A
spanningsbron-stroomdraden-lamp-
B
spanningsbron-lamp
C
spanningsbron-stroomdraden
D
spanningsbron

Slide 18 - Quiz

Wat is géén spanningsbron?
A
Dynamo
B
Batterij
C
Accu
D
Lampje

Slide 19 - Quiz

welk onderdeel levert elektrische energie?
A
stroomdraden
B
spanningsbron
C
lamp
D
schakelaar

Slide 20 - Quiz

Elektrische stroom vervoert elektrische energie. Hoeveel energie er wordt vervoerd, hangt af van de spanning en de stroomsterkte.
Hier staan vier uitspraken daarover. Welke uitspraak is waar?
A
Als je de stroom inschakelt, komt het vervoer van energie op gang.
B
Als je de stroom uitschakelt, is de spanning ook verdwenen.
C
Een hoge spanning vervoert evenveel energie als een lage spanning.
D
Hoe meer stroom er loopt, hoe minder energie er wordt vervoerd.

Slide 21 - Quiz

Ampère staat voor
A
spanning
B
druk
C
stroomsterkte

Slide 22 - Quiz

Eenheid van spanning
A
Ampere
B
Watt
C
Volt

Slide 23 - Quiz

Hoort deze uitspraak bij spanning of stroomsterkte?

Uitgedrukt in Volt
A
spanning
B
stroomsterkte

Slide 24 - Quiz

6 batterijen van 1,5 V worden op de juiste manier in serie geschakeld. dit levert een spanning op van:
A
0 V
B
1,5 V
C
4,5 V
D
9 V

Slide 25 - Quiz

Sleep de teksten die bij een spanningsbron horen naar het woord.
Spanningsbron
batterij
levert elektriciteit
heeft een plus en minpool
heeft een noord en zuidpool
stopcontact
dynamo
zorgt dat er stroom kan lopen
op de polen van de batterij staat stroom
op de polen van de batterij staat spanning

Slide 26 - Drag question

Voorbeelden van spanningsbronnen zijn ....
A
batterij, dynamo, spoel
B
dynamo, elektromagneet, zonnecel
C
batterij, dynamo, zonnecel
D
batterij, zonnecel, elektromagneet

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Link

Slide 29 - Video

Slide 30 - Video