Jas uit / spullen op tafel / telefoon in de telefoontas
Herhalen via LessonUp
Oefenen via Eindexamensite.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Vandaag
Jas uit / spullen op tafel / telefoon in de telefoontas
Herhalen via LessonUp
Oefenen via Eindexamensite.
Slide 1 - Slide
1: Importeren levert ons geld op. 2: Import zorgt voor buitenlandse concurrentie voor bedrijven in ons land.
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
Beide zijn juist
D
Beide zijn onjuist
Slide 2 - Quiz
Klimaat
Grondstoffen
Meer keuze
Goedkoper produceren
Slide 3 - Drag question
Welke bewering over export is niet juist?
A
Export levert ons land meer inkomsten op.
B
Export zorgt voor meer concurrentie.
C
Export zorgt voor minder werkgelegenheid.
D
Niet alle goederen die Nederland exporteert zijn in Nederland gemaakt.
Slide 4 - Quiz
De inwoners van een land verdienen 580 miljard. Er wordt voor 340 miljard geïmporteerd. Er wordt voor € 250 miljard geëxporteerd. Bereken de importquote?
Slide 5 - Open question
Wederuitvoer
Exporteren
Importeren
Goederen worden na invoer onbewerkt doorverkocht aan het buitenland.
Producten kopen vanuit het buitenland.
Goederen verkopen aan het buitenland.
Slide 6 - Drag question
Vrij verkeer van goederen en diensten
Vrij verkeer van personen
Vrij verkeer van kapitaal
Vrijhandel van goederen en diensten en geen extra kosten wisselkoers.
Je kunt je geld op een buitenlandse EU rekening zetten.
Je mag wonen, werken en studeren in een ander EU land.
Slide 7 - Drag question
Invoerrechten/importheffingen zorgen er voor dat ..
A
Er helemaal geen producten meer mogen worden ingevoerd.
B
Er een maximaal aantal producten worden ingevoerd.
C
Producten makkelijker aan het buitenland worden verkocht.
D
Producten vanuit het buitenland duurder worden wanneer ze de EU binnenkomen.
Slide 8 - Quiz
Importheffingen
Contigentering
Invoerverbod
Exportsubsidie
Subsidie om producten goedkoper in het buitenland te kunnen verkopen.
Bepaalde producten helemaal niet invoeren.
Belasting op producten die worden ingevoerd.
Maximum gesteld aan invoeren van producten.
Slide 9 - Drag question
Kenmerk ontwikkelingsland
Geen kenmerk ontwikkelingsland
Grote werkloosheid
Analfabetisme
Veel natuurlijke hulpbronnen
Goede wegen en havens
Weinig zelfvoorziening
Corrupte regering
Slide 10 - Drag question
Zimbabwe heeft een nationaal inkomen van $641 miljard en 16,2 miljoen inwoners. Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking.
A
$37,92
B
$43.693,43
C
$39,57
D
$52.001,33
Slide 11 - Quiz
Wat is GEEN structurele hulp
A
Voedsel sturen naar een land
B
Waterputten slaan/bouwen in een land
C
Een goed zorgsysteem ontwikkelen in een land.
D
Goed onderwijs ontwikkelen in een land
Slide 12 - Quiz
Wat is GEEN noodhulp?
A
Voedsel opsturen naar een land
B
Medicijnen sturen naar een land
C
Wegen in een land aanleggen
D
Tentenkampen bouwen in een land
Slide 13 - Quiz
Cambodja is getroffen door een zware aardbeving en krijgt hulp uit Nederland voor voedsel. Met het geld dat Cambodja van Nederland heeft gekregen, moet in Nederland worden besteed voor nieuwe goederen/diensten. Om welke vormen van ontwikkelingshulp gaat het hier?
A
Noodhulp
en gebonden hulp
B
structurele hulp
en ongebonden hulp
C
Noodhulp en ongebonden hulp
D
structurele hulp
en gebonden hulp
Slide 14 - Quiz
Aan de slag!
Je gaat aan de slag met eindexamensite.
Log in en ga naar ontwikkelingslanden, Europese Unie of export en import.